Toen zag hij in zijn geest de Kenieten en zei: "Jullie wonen op een veilige plaats, volk van Kaïn. Veilig als in een nest dat hoog op een rots is gebouwd.
Toen wendde hij zich tot de Kenieten en zei: ‘U hebt stevige woningen, uw huis is op de rotsen gebouwd. Maar de Kenieten zullen worden vernietigd, de koning van Assur zal u uit dit land deporteren!’