Revised Common Lectionary (Semicontinuous)
126 Een bedevaartslied.
Als de Here de ballingen laat terugkomen in Jeruzalem,
zal het net zijn of wij dromen.
2 Dan breken wij uit in gejuich
en iedereen lacht van blijdschap.
Dan zullen zelfs de ongelovige volken rondom ons zeggen
dat de Here wonderen bij ons doet.
3 De Here heeft inderdaad grote wonderen onder ons gedaan.
Wat waren wij blij!
4 Here, wilt U een ommekeer geven in onze situatie?
5 Wie met verdriet in het hart huilend hun akkers inzaaien,
ervaren tegen de oogsttijd vaak grote vreugde.
6 Ook al huilt iemand terwijl hij op pad is om te zaaien,
zeker is dat hij blij lachend de rijke schoven zal wegdragen.
18 Dan zullen vijf Egyptische steden de Here van de hemelse legers gaan volgen en zij zullen Hebreeuws beginnen te spreken. Eén ervan zal ‘Heres’ (Stad van de nederlaag) worden genoemd.
19 In die tijd zal midden in Egypte een altaar voor de Here staan en aan de grens een monument voor de Here. 20 Dit zal een teken van trouw aan de Here van de hemelse legers zijn. En als zij de Here te hulp roepen tegen onderdrukkers, zal Hij hen een verlosser sturen en die zal hen bevrijden. 21 De Here zal de Egyptenaren de kans geven Hem te leren kennen. Ja, zij zullen de Here kennen en Hem hun offers en geschenken geven, zij zullen God beloften doen en die ook houden. 22 Zo zal de Here Egypte eerst slaan en daarna weer genezen! Want de Egyptenaren zullen zich tot de Here bekeren en dan zal Hij naar hun bidden luisteren en hen genezen. 23 In die tijd zullen Egypte en Assur verbonden zijn door een verkeersweg en de Egyptenaren en Assyriërs zullen ongehinderd tussen beide landen op en neer reizen en zij zullen dezelfde God aanbidden. 24 Israël zal hun bondgenoot zijn. Zij zullen zich gedrieën aaneensluiten en Israël zal hun tot zegen zijn. 25 Want de Here zal Egypte en Assur zegenen ter wille van hun vriendschap met Israël. Hij zal zeggen: ‘Gezegend zij Egypte, mijn volk. Gezegend zij Assur, het land dat Ik heb gemaakt. Gezegend zij Israël, mijn erfdeel!’
2 Het is mijn grote wens dat u God en onze Here Jezus Christus steeds beter leert kennen. Dan zult u gelukkig worden en zijn genade en vrede ervaren. 3 Want als u Hem beter leert kennen, zal Hij u door zijn grote kracht alles geven wat u nodig hebt om werkelijk goed te leven, 4 Hij zal zelfs zijn heerlijkheid en goedheid met ons delen! Hij heeft ons geweldig grote en waardevolle beloften gedaan: Hij redt ons van de begeerten en het verderf om ons heen en geeft ons deel aan zijn eigen wezen. 5 Maar daarvoor hebt u meer nodig dan vertrouwen alleen. U moet ook uw best doen om goed te zijn en zelfs dat is niet genoeg. U moet God beter leren kennen en weten wat Hij wil. 6 Leer uw eigen verlangens opzij te zetten en geduldig vol te houden, zodat u God kunt dienen. 7 Dan bent u klaar om een vriend te zijn voor uw medechristenen en om alle mensen lief te hebben. 8 Als u deze eigenschappen in overvloed bezit, zullen ze werkzaam en vruchtbaar zijn om de Here Jezus Christus steeds beter te leren kennen. 9 Maar als geen van die eigenschappen bij u aanwezig is, bent u blind en kortzichtig. Dan bent u vergeten dat God u van uw oude, zondige leven heeft bevrijd.
10 Broeders en zusters, laat daarom uit uw gedrag blijken dat God u heeft geroepen en uitgekozen, dan zult u nooit struikelen of vallen. 11 Als u zo leeft, zal God de poorten van het eeuwige koninkrijk van onze Here en Redder, Jezus Christus, wijd voor u openzetten. 12 Ik ben van plan u daaraan te blijven herinneren, ook al weet u het allemaal en staat u stevig gegrondvest op de waarheid. 13 En zolang ik nog in deze tent, mijn lichaam, woon, wil ik geregeld dit soort brieven schrijven om u wakker te houden. 14 De Here Jezus Christus heeft mij namelijk laten zien dat ik niet meer zo lang op aarde te leven heb. 15 Ik zal mijn best doen u een en ander zó duidelijk te maken dat u er ook na mijn sterven nog lang aan zult denken.
Het Boek Copyright © 1979, 1988, 2007 by Biblica, Inc.®
Used by permission. All rights reserved worldwide.