Revised Common Lectionary (Semicontinuous)
13 Een psalm van David voor de koordirigent.
2 Here, bent U mij helemaal vergeten?
Hoelang nog houdt U Zich voor mij verborgen?
3 Moet ik nog lang naar U uitzien?
Dag in, dag uit schreeuwt mijn hart om U!
Laat U mij nog lang overheersen door mijn vijand?
4 Kijk toch naar mij om, Here,
en laat mij eens iets van U mogen merken.
U bent toch mijn God?
Geef mij uw licht en kracht,
zodat ik niet zal sterven.
5 Zodat mijn vijand nooit kan zeggen:
‘Ik heb hem overwonnen!’
Want als ik val,
staan zij om mij heen te juichen.
6 Maar ik stel al mijn vertrouwen
op uw goedheid en liefde.
In mijn hart is vreugde
omdat ik zeker weet
dat U voor bevrijding zorgt.
Ik wil een loflied voor de Here zingen,
want Hij helpt mij altijd.
18 Waar is een God als U, die de zonden van de overlevenden van zijn volk vergeeft? U kunt niet voor eeuwig boos blijven op uw volk, want U houdt ervan genadig te zijn. 19 U zult opnieuw medelijden met ons hebben. U zult onze zonden vertrappen onder uw voeten. Ja, U zult ze allemaal in de allerdiepste zee gooien. 20 U zult ons zegenen zoals U Jakob lang geleden hebt beloofd. En U zult ons uw goedheid tonen zoals U onze voorvader Abraham hebt toegezegd.
2 Luister goed naar wat ik nu zeg: als u erop rekent dat het met God in orde komt door u te laten besnijden en de Joodse wetten te houden, zal Christus u niet redden! 3 Ik zeg het nog eens: wie zich laat besnijden, moet ook altijd alle andere Joodse wetten gehoorzamen. 4 Als u probeert het met God in orde te maken door de wet te houden, hebt u de band met Christus verbroken, u wijst daarmee zijn genade van de hand. 5 Wij, christenen, hopen dat het tussen God en ons weer in orde komt door de Heilige Geest op grond van ons geloof. 6 Voor wie bij Christus Jezus hoort, is het al of niet besneden zijn volmaakt onbelangrijk. Het enige wat telt, is geloof dat zich in liefde uit.
Het Boek Copyright © 1979, 1988, 2007 by Biblica, Inc.®
Used by permission. All rights reserved worldwide.