Print Page Options
Previous Prev Day Next DayNext

Revised Common Lectionary (Complementary)

Daily Bible readings that follow the church liturgical year, with thematically matched Old and New Testament readings.
Duration: 1245 days
BasisBijbel (BB)
Version
Psalmen 146

Psalm 146

Halleluja! Prijs de Heer!
Ik zal de Heer prijzen, mijn leven lang.
Zo lang ik leef, zal ik voor Hem zingen.

Vertrouw niet op koningen,
op sterfelijke mensen.
Zij kunnen je niet redden.
Als je je laatste adem uitblaast, word je weer stof.
Dan komt er een einde aan al je plannen.
Het is heerlijk
als de God van Jakob je Helper is,
als je vertrouwt op je Heer God,
die de hemel en de aarde heeft gemaakt
en de zee met alles wat daarin is.
Hij is trouw, voor altijd en eeuwig.
Hij komt op voor mensen in nood.
Hij geeft eten aan mensen die honger hebben.
Hij bevrijdt de mensen die gevangen zitten.
Hij maakt dat blinde mensen weer kunnen zien.
Hij troost de bedroefde mensen.
De Heer houdt van de mensen die leven zoals Hij het wil.
Hij beschermt de vreemdelingen in het land.
Hij zorgt voor de weeskinderen en de weduwen.
Maar als mensen zich niets van Hem aantrekken,
zorgt Hij ervoor dat er van hun plannen niets terecht komt.

10 De Heer is Koning, voor eeuwig.
Sion, jouw God is Koning voor eeuwig en altijd.

Deuteronomium 15:1-11

Het heilige rustjaar

15 Om de zeven jaar moeten jullie iedereen die een schuld aan iemand anders heeft, die schuld kwijtschelden. Iedereen die nog iets van een volksgenoot moet terugkrijgen, moet hem dat kwijtschelden. Je mag niemand nog dwingen om terug te betalen, want de Heer zegt dat je het moet kwijtschelden. Een buitenlander mogen jullie wél dwingen om zijn schuld te betalen. Maar wat je nog van één van je volksgenoten moet krijgen, moet je hem kwijtschelden.

Niemand van jullie hoeft trouwens arm te zijn. Want de Heer zal goed voor jullie zijn in het land dat Hij jullie gaat geven. Maar dan moeten jullie wel gehoorzaam zijn aan de hele wet van de Heer God die ik jullie nu geef. Dan zal de Heer God goed voor jullie zijn. Daardoor zullen jullie aan veel volken uitlenen, maar zelf zullen jullie niets hoeven te lenen. Jullie zullen over veel volken heersen, maar geen enkel volk zal over jullie heersen.

Maar stel dat tóch in één van jullie steden iemand woont die arm is. Dan mogen jullie niet hard voor hem zijn door hem niets te geven. Jullie moeten goed voor hem zijn en meer dan genoeg aan hem uitlenen. Geef hem ruim wat hij nodig heeft. Pas op dat jullie niet denken: 'Ik leen niets aan hem uit, want het is al bijna het zevende jaar, het jaar dat alle schulden worden kwijtgescholden. Dan krijg ik er niets meer van terug.' Want als je hem daarom niets geeft, zal je arme volksgenoot over jou tot de Heer roepen en je zal schuldig zijn. 10 Geef hem gul, zonder tegenzin. Want omdat je hem hebt gegeven, zal je Heer God goed voor je zijn bij alles wat je doet. 11 Want er zullen altijd wel arme mensen in het land zijn. Daarom beveel ik jullie dat jullie gul moeten zijn voor de arme mensen en voor de mensen die het moeilijk hebben.

Hebreeën 9:15-24

15 Zó heeft Hij een nieuw verbond voor ons gesloten. De mensen die door God zijn geroepen, kunnen door Jezus' dood krijgen wat God al zo lang geleden had beloofd: de eeuwige erfenis. Ze worden bevrijd van de straf voor de verkeerde dingen die ze hadden gedaan in de tijd van het eerste verbond.

16 Als ergens een testament is, moet er ook iemand sterven. Namelijk de persoon die het testament heeft gemaakt. 17 Want wat er in het testament staat, gaat pas gebeuren als de persoon die dat testament heeft geschreven, is gestorven. Zolang hij nog leeft, gebeurt er niets mee. 18 Daarom is het eerste verbond ook met bloed gesloten (bloed is een bewijs van dood). 19 Eerst las Mozes de hele wet aan het volk voor. Daarna nam hij bloed van stieren en geiten, samen met water, rode wol en een bosje van de hysop-plant. Daarmee besprenkelde hij het wetboek en het hele volk. 20 Daarbij zei hij: "Dit bloed is het teken dat God Zich zal houden aan het verbond dat Hij met ons heeft gesloten." 21 Ook de tent en alle voorwerpen voor de aanbidding van God besprenkelde hij met bloed. 22 En bijna alles wordt onder de wet van Mozes met bloed gereinigd. Zonder bloed is er geen vergeving. 23 De afbeeldingen van de hemelse dingen moesten dus met bloed worden gereinigd. Maar de hemelse dingen zélf moesten met een beter offer worden gereinigd, namelijk met het bloed van Christus. 24 Want Christus is niet binnen gegaan in het heiligdom dat door mensen is gemaakt. Hij ging niet het heiligdom binnen dat een afbeelding is van het echte, hemelse heiligdom. Nee, Hij is in de hemel zelf binnen gegaan om God te dienen. Dat deed Hij om ons te redden.

BasisBijbel (BB)

© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016