Revised Common Lectionary (Complementary)
161 Koningen vervolgden mij zonder dat ik hun iets had gedaan,
maar ik bleef diep ontzag voor uw woord houden.
162 Ik ben zo blij met uw woord!
Zo blij alsof ik een schat heb gevonden.
163 Ik walg van leugens, ik haat ze,
maar ik houd van uw wet.
164 Zeven keer per dag
prijs ik U voor uw rechtvaardige wetten.
165 De mensen die van uw wet houden, hebben vrede.
Hun kan niets gebeuren.
166 Ik wacht er op tot U me redt, Heer,
en ik leef zoals U het wil.
167 Ik houd me aan uw leefregels.
Ik houd er heel veel van.
168 Ik doe wat U van mij vraagt,
want U ziet alles wat ik doe.
Elia wordt door de Heer naar Achab gestuurd
17 Toen zei de Heer tegen Elia uit Tisbe: 18 "Ga naar koning Achab in Samaria. Hij is in de wijngaard van Nabot. Hij heeft die voor zichzelf genomen. 19 Zeg tegen hem: 'Eerst iemand vermoorden en dan zijn land in bezit nemen? Dit zegt Heer: Op de plaats waar de honden het bloed van Nabot hebben opgelikt, zullen ze ook uw bloed oplikken.' "
20 Toen Achab Elia zag, zei hij: "Zo, vijand, kom je me weer eens opzoeken?" Elia antwoordde: "Ik kom u opzoeken, omdat u echt helemaal niet wil leven zoals de Heer het wil. 21 Nu zegt de Heer: 'Ik zal ervoor zorgen dat het slecht met u zal aflopen. En Ik zal alle mannen van uw familie vernietigen, van hoog tot laag. 22 Met uw familie zal hetzelfde gebeuren als met de familie van koning Jerobeam en de familie van koning Baësa. Want u heeft Mij woedend gemaakt en u heeft ervoor gezorgd dat Israël ongehoorzaam aan Mij werd.' 23 Over Izebel heeft de Heer gezegd: 'De honden zullen haar opeten bij de muur van Jizreël.'[a] 24 De mannen van uw familie die in de stad worden gedood, zullen door de honden worden opgegeten. En de mannen die op het veld worden gedood, zullen door de vogels worden opgegeten."
25 Er is nooit meer iemand geweest die zo slecht leefde als Achab: hij deed echt alles wat de Heer slecht vindt. Zijn vrouw Izebel had hem daartoe opgestookt. 26 Het was heel vreselijk hoe hij de afgoden diende. Hij diende hen op dezelfde manier als de Amorieten hadden gedaan die door de Heer voor de Israëlieten uit het land waren weggejaagd.
27 Zodra Achab hoorde wat Elia zei, scheurde hij zijn kleren als teken van verdriet, deed rouwkleren aan en at niet. Hij sliep zelfs in zijn rouwkleren en liep met langzame stappen. 28 Toen zei de Heer tegen Elia: 29 "Heb je gezien dat Achab Mij heeft laten zien dat hij echt spijt heeft? Daarom zal Ik zijn familie niet doden zolang hij zelf nog leeft. Maar als zijn zoon koning is geworden, zal gebeuren wat Ik heb gezegd."
Leven vanuit God
4 Lieve broeders en zusters, geloof niet zomaar iedereen. Ga bij iedereen na of zijn boodschap wel echt van God komt. Want er lopen heel veel bedriegers op de wereld rond. 2 Zó kunnen jullie de Geest van God herkennen: iedereen die erkent dat Jezus Christus werkelijk een mens van vlees en bloed is geworden, hoort bij God. 3 En iedereen die dat niet wil erkennen,[a] hoort niet bij God, maar bij de vijand van Christus. Jullie weten dat die vijand zal komen. Hij is er ook nu al.
4 Jullie zijn uit God geboren, kinderen, en jullie hebben de vijanden van Christus overwonnen. Want Hij die in jullie is, is machtiger dan hij die in de wereld heerst. 5 De bedriegers zijn ongelovige mensen. Daarom zeggen ze dingen die de ongelovige mensen graag horen. En daarom luisteren de ongelovige mensen ook naar hen. 6 Maar wij horen bij God. De mensen die bij God horen, luisteren naar ons. De mensen die niet bij God horen, luisteren niet naar ons. Zo kunnen we weten of iemand vanuit de Geest van de waarheid spreekt, of vanuit de geest van bedrog.
© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016