Print Page Options
Previous Prev Day Next DayNext

Read the Gospels in 40 Days

Read through the four Gospels--Matthew, Mark, Luke, and John--in 40 days.
Duration: 40 days
BasisBijbel (BB)
Version
Mattheüs 23-24

Jezus waarschuwt de mensen voor de wetgeleerden en de Farizeeërs

23 Toen zei Jezus tegen de grote groep mensen en tegen zijn leerlingen: "Vroeger leerde Mozes aan de mensen wat er in de wet van God staat. Tegenwoordig doen de wetgeleerden en de Farizeeërs dat. Doe alles wat zij jullie leren. Maar jullie moeten niet dezelfde dingen dóen als zij. Want ze zéggen wel hoe het moet, maar doen dat zelf niet. Ze leggen de mensen allerlei moeilijke leefregels op, maar hebben zelf geen zin om zich daaraan te houden. Alles wat ze doen, doen ze om op te vallen bij de mensen. De banden met teksten uit de wet die ze om hun hoofd en arm dragen,[a] maken ze extra breed. De kwasten aan de onderrand van hun kleren[b] maken ze extra groot. Ze houden ervan om bij de maaltijden op de beste plaatsen te zitten. In de synagogen willen ze op de voorste rij zitten. Ze willen op de markten graag gegroet worden. Ze willen 'meester' worden genoemd.

Maar jullie moeten je niet 'meester' laten noemen. Want jullie hebben maar één Meester: de Messias. Jullie zijn allemaal broeders van elkaar. Op aarde moeten jullie ook niemand 'vader' noemen. Want jullie hebben maar één Vader: jullie hemelse Vader. 10 Ook moeten jullie je geen 'leermeester' laten noemen, want jullie hebben maar één Leermeester: de Messias. 11 Maar hij die de anderen dient, is de belangrijkste van jullie. 12 Wie zichzelf heel belangrijk vindt, zal worden vernederd. Maar wie heel bescheiden is, zal worden geëerd."

Jezus waarschuwt de wetgeleerden en Farizeeërs

13 Jezus zei: "Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen. Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie hebben de deur van het Koninkrijk van God dichtgedaan voor de mensen. Jullie gaan zelf het Koninkrijk niet binnen. En mensen die wel het Koninkrijk willen binnengaan, worden door jullie tegengehouden.

14 Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie zetten arme weduwen hun huis uit! Zo kunnen die vrouwen amper leven. Maar om heel vroom te lijken, zeggen jullie wel mooie, lange gebeden op. Daarom zullen jullie zwaarder gestraft worden.

15 Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie trekken rond over land en zee om één mens te winnen voor het Joodse geloof. Maar als hij eenmaal Jood geworden is, maken jullie dat hij naar de hel zal gaan. Hij wordt nog twee keer zo erg als jullie zelf zijn.

16 Pas maar op, het zal slecht met jullie aflopen, blinde leiders! Jullie zeggen: 'Als iemand bij de tempel zweert, dan betekent dat niets. Maar als iemand zweert bij het goud van de tempel, dan moet hij doen wat hij heeft gezegd.' 17 Jullie zijn blinde dwazen! Want wat is belangrijker: het goud, of de tempel die het goud van de tempel heilig heeft gemaakt? 18 En jullie zeggen ook: 'Als iemand zweert bij het altaar, dan betekent dat niets. Maar als iemand zweert bij het offer dat op het altaar ligt, dan moet hij doen wat hij heeft gezegd.' 19 Jullie zijn blinde dwazen! Want wat is belangrijker: het offer, of het altaar dat het offer dat er op ligt, heilig heeft gemaakt? 20 Als je hebt gezworen bij het altaar, zweer je bij het altaar en bij alles wat daarop ligt. 21 En als je hebt gezworen bij de tempel, zweer je bij de tempel en bij Hem die daar woont. 22 En als je hebt gezworen bij de hemel, zweer je bij de troon van God en bij Hem die daarop zit.

23 Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie geven keurig een tiende deel[c] van de pepermuntblaadjes, de dille en de komijnezaadjes aan God. Maar jullie doen niet wat het belangrijkste is van de wet van Mozes: dat jullie rechtvaardig, goed en trouw moeten zijn. Jullie moeten niet alleen het één doen, maar ook het andere. 24 Jullie zijn blinde leiders! Jullie spugen een mug uit, maar slikken een kameel door!

25 Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie maken bekers en borden aan de buitenkant netjes schoon. Maar aan de binnenkant zitten ze vol diefstal en egoïsme! 26 Blinde Farizeeërs! Maak eerst de inhoud van de bekers en borden schoon. Dan zal de buitenkant vanzelf ook schoon zijn.

27 Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie zijn net wit geverfde graven. Van buiten zien die er prachtig uit, maar van binnen zitten ze vol dode botten en viezigheid. 28 Zo zijn jullie ook. Als de mensen jullie zien, denken ze dat jullie goede mensen zijn. Maar van binnen zitten jullie vol schijnheiligheid en slechtheid.

29 Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Want jullie bouwen prachtige graven voor de profeten van vroeger. En jullie maken mooie monumenten voor gestorven goede mensen. 30 En jullie zeggen: 'Als wij in de tijd van onze voorouders hadden geleefd, zouden we niet met hen meegedaan hebben toen ze de profeten doodden.' 31 Jullie geven dus zelf toe dat jullie zonen zijn van de moordenaars van de profeten. 32 En jullie zijn net zo erg als zij! 33 Jullie zijn achterbaks en slecht! Denken jullie dat jullie kunnen ontsnappen aan jullie straf in de hel? 34 Vanwege de dingen die jullie doen, stuur Ik profeten en wijze mannen en wetgeleerden naar jullie toe. Maar jullie zullen sommigen daarvan doden en zelfs kruisigen. En anderen zullen jullie zweepslagen geven in jullie synagogen. En jullie zullen hen van stad tot stad vervolgen. 35 Maar jullie zullen worden gestraft voor het bloed van al de onschuldige mensen die werden vermoord, vanaf de rechtvaardige Abel[d] tot aan Zacharia[e] (de zoon van Berechja) die jullie in de tempel hebben vermoord tussen het tempelhuis en het altaar. 36 Luister goed! Ik zeg jullie dat jullie allemaal voor al die dingen zullen worden gestraft.

37 Jeruzalem, Jeruzalem! Jij vermoordt de profeten. Je gooit met stenen de mensen dood die naar jou zijn toe gestuurd. Ik heb zó vaak je bewoners bij Mij willen verzamelen, zoals een kip haar kuikens onder haar vleugels verzamelt. Maar je wilde nooit. 38 Daarom zal je huis leeg komen te staan. 39 Want Ik zeg je: je zal Mij vanaf nu niet meer zien, totdat je zegt: 'Gods zegen op Hem die door de Heer is gestuurd!' "

Jezus vertelt wat er in de toekomst gaat gebeuren

24 Jezus vertrok uit de tempel. Zijn leerlingen zeiden Hem hoe mooi ze de gebouwen van de tempel vonden. Hij antwoordde: "Kijk nog maar eens goed. Geloof Mij, er zal geen steen van op de andere blijven staan. Alles zal tot de grond worden afgebroken."

Ze gingen op de Olijfberg zitten. Zijn leerlingen kwamen Hem vragen: "Wanneer zal dat gebeuren? En waaraan kunnen we zien wanneer U komt en het einde van de wereld eraan komt?" Jezus antwoordde: "Let goed op dat jullie je door niemand laten bedriegen. Want heel veel mensen zullen beweren dat ze Mij zijn. Ze zullen zeggen: 'Ik ben de Messias.' En heel veel mensen zullen dat geloven. Ook zullen jullie horen over oorlogen en over berichten van oorlogen. Maar laat je daardoor niet bang maken. Die dingen moeten gebeuren. Maar het is nog niet het einde. Want allerlei landen en volken zullen met elkaar oorlog voeren. En er zullen op allerlei plaatsen hongersnoden, gevaarlijke ziekten en aardbevingen zijn. Maar dat is pas het begin van het einde.

Dan zullen de mensen jullie gevangen nemen, mishandelen en doden. Iedereen zal jullie haten omdat jullie in Mij geloven. 10 Veel mensen zullen hun geloof verliezen. Ze zullen elkaar verraden en elkaar haten. 11 Er zullen allerlei mensen komen die beweren dat ze mijn profeten zijn. Ze zullen zeggen dat ze namens Mij spreken, terwijl dat helemaal niet zo is. Ze zullen daarmee heel veel mensen bedriegen. 12 En de mensen zullen zich steeds minder van God aantrekken. Daardoor zullen ze ook steeds minder liefde voor elkaar hebben. 13 Maar de mensen die volhouden tot het einde, zullen worden gered. 14 En het goede nieuws van het Koninkrijk moet aan de hele wereld worden verteld. Alle volken moeten weten wat Ik heb gedaan. Pas dan zal het einde komen.

15 Er zal iets afschuwelijks op de plaats van de tempel staan, iets afschuwelijks dat verwoesting veroorzaakt. De profeet Daniël heeft daar al over gesproken[f] – Let goed op als je dit leest en denk er over na! – 16 De bewoners van Judea moeten dan naar de bergen vluchten. 17 Als je op het dak van je huis bent, ga dan niet naar beneden om iets uit je huis mee te nemen. Je moet onmiddellijk vluchten. 18 Als je in het veld aan het werk bent, ga dan niet eerst naar huis om kleren op te halen. Je moet onmiddellijk vluchten. 19 Het zal een vreselijke tijd zijn voor de vrouwen die in verwachting zijn of net een baby hebben gekregen! 20 Bid dat het geen winter zal zijn als jullie moeten vluchten, of een heilige rustdag. 21 Want het zal een vreselijke tijd worden. Zo'n verschrikkelijke tijd is er nog nooit eerder geweest en zal er ook nooit meer komen. 22 Als de Heer die tijd niet korter zou maken, zou geen mens worden gered. Maar God zal die tijd korter maken om de mensen die in Hem geloven te helpen.

23 Geloof het niet als iemand tegen jullie zegt: 'Kijk, hier is de Messias! Kijk, daar is Hij!' 24 Want er zullen mensen komen die beweren dat ze de Messias zijn of dat ze zijn profeten zijn, terwijl dat helemaal niet waar is. Ze zullen zelfs grote wonderen doen. Daardoor zal het hun bijna lukken om ook de gelovigen te bedriegen. 25 Ik waarschuw jullie hier nu alvast voor. Pas dus goed op. 26 Dus als de mensen tegen jullie zeggen: 'Kijk, Hij is in de woestijn,' ga er dan niet heen. En als ze zeggen: 'Kijk, Hij is in dat huis,' geloof het dan niet. 27 Want net zoals de bliksem de hele hemel van oost tot west verlicht, zo zal de komst van de Mensenzoon zijn. 28 Let op: Waar een dood dier ligt, daar zullen de gieren zich verzamelen.

29 Onmiddellijk na die vreselijke tijd zal de zon donker worden. De maan zal geen licht meer geven. De sterren zullen uit de hemel vallen. En de machten van de geestelijke wereld zullen schudden. 30 En dan zal het teken van de Mensenzoon zichtbaar worden aan de lucht. Alle volken van de aarde zullen de Mensenzoon op de wolken zien komen in zijn stralende hemelse macht en majesteit. En ze zullen huilen van spijt. 31 Onder luid trompetgeschal zal Hij zijn engelen uitsturen. Ze zullen de gelovigen verzamelen uit het noorden, oosten, zuiden en westen, van over de hele wereld.

32 Van de vijgenboom kun je dit leren: als het hout zacht wordt en er blaadjes aan komen, weet je dat de zomer eraan komt. 33 Zo kunnen jullie ook weten dat als al deze dingen gebeuren, het einde eraan komt. Het is dan bijna tijd. 34 Luister goed! Ik zeg jullie dat dit volk niet zal ophouden te bestaan vóór al deze dingen zijn gebeurd. 35 De hemel en de aarde zullen ophouden te bestaan. Maar mijn woorden zullen altijd blijven.

36 Maar niemand weet wanneer die dag en dat moment zullen zijn. Ook de hemelse engelen weten dat niet. Ook de Zoon weet dat niet. Alleen mijn Vader weet het. 37 Zoals het ging in de tijd van Noach, zo zal het ook gaan als de Mensenzoon terugkomt. 38 Want in die tijd, vóór de grote overstroming, gingen de mensen gewoon hun gang. Ze aten en dronken en trouwden, tot op de dag dat Noach aan boord van zijn boot ging. 39 Ze hadden niets in de gaten. Toen kwam de grote overstroming en ze verdronken allemaal. Zo zal het ook gaan als de Mensenzoon komt. 40 Twee mensen zullen in het veld aan het werk zijn. De één zal plotseling meegenomen worden, de ander niet. 41 Twee vrouwen zullen graan aan het malen zijn. De één zal plotseling meegenomen worden, de ander niet. 42 Let daarom goed op. Want jullie weten niet op welke dag jullie Heer komt.

43 Als de bewoner van een huis had geweten hoe laat de dief zou komen, zou hij opgebleven zijn. Hij zou niet in zijn huis hebben laten inbreken. Onthoud dat goed! 44 Daarom moeten jullie ook goed opletten. Want de Mensenzoon zal onverwachts komen.

45 Een trouwe en verstandige dienaar krijgt van zijn heer de leiding over de andere dienaren. Hij moet voor hen zorgen. Wie van jullie zal net zo doen als hij? 46 Wat is het heerlijk voor die dienaar als hij met zijn werk bezig is als zijn heer terugkomt. 47 Luister goed! Ik zeg jullie dat zijn heer hem de leiding zal geven over alles wat hij bezit. 48 Maar stel dat hij een slechte dienaar is. Stel dat hij bij zichzelf zou zeggen: 'Mijn heer blijft nog wel een poosje weg.' 49 En hij zou de andere dienaren mishandelen en met dronkenlappen gaan zitten drinken. 50 Dan komt zijn heer onverwachts terug, op een moment dat de dienaar hem niet verwacht. 51 En zijn heer zal hem gevangen zetten. Hij zal hem dezelfde straf geven als de schijnheilige mensen. Dan zal die dienaar huilen en met zijn tanden knarsen van spijt."

BasisBijbel (BB)

© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016