Add parallel Print Page Options

Mijn zoon, luister naar wat ik zeg en schat mijn aanwijzingen op hun waarde.
Dan krijg je een oor voor de echte wijsheid en zal je verstand worden gescherpt.
Als je inzicht probeert te krijgen en er wijsheid in je woorden doorklinkt,
als je dat beschouwt als een zeer groot goed en moeite doet om het te verkrijgen,
zul je merken wat eerbiedig ontzag voor de Here betekent. Dan zul je God werkelijk leren kennen.
Want de Here is de bron van alle wijsheid. Uit alles wat Hij zegt, spreekt wijsheid en verstand.
Hij geeft oprechte mensen houvast en is een beschermer van hen die zuiver leven.
Die mensen blijven op de goede weg, de weg die Hij voor hen effent.
Zo leer je begrijpen wat rechtvaardigheid is, wat eerlijkheid is en welke levensweg de juiste is.
10 Wanneer je je die wijsheid eigen hebt gemaakt en geniet van je kennis,
11 dan denk je na voordat je iets zegt en die bedachtzaamheid zal je beschermen.
12 Beschermen tegen de man die slechte dingen zegt.
13 Beschermen tegen hen die niet in oprechtheid geloven.
14 Beschermen ook tegen de boosdoeners die lachen om allerlei wandaden,
15 die de goede weg verlieten en kozen voor hun eigen kronkelpad.
16 Beschermen ook tegen de vrouw die niet de jouwe is, maar met gevlei probeert jou in te palmen.
17 Die vrouw die haar eigen man verlaat en daardoor zowel haar man als God ontrouw is.
18 Want wat zij doet, leidt naar de dood.
19 Wie met haar naar bed gaat, komt niet meer terug en zal de weg naar het leven niet vinden.
20 Blijf dus de goede weg bewandelen en volg het voorbeeld dat oprechte mensen je geven.
21 Want de aarde is voor hen die zuiver leven en God zal de oprechten nooit verlaten.
22 Maar hun die zonder God door het leven gaan en zich niet aan Hem of aan hun naaste storen, staat uitroeiing te wachten. Zij worden vernietigd.

Mijn zoon, onthoud alles wat ik je leer en bewaar mijn geboden in je hart.
Zij zullen je leven verlengen, goed als ze zijn voor lichaam en geest.
Houd liefde en trouw in ere! Draag Gods geboden als een sieraad en prent ze in je hart en geheugen.
Dat levert je genegenheid en instemming van God en de mensen op.
Vertrouw met heel je hart op de Here en verwacht het niet van je eigen verstand.
Laat God delen in alles wat je doet, dan kan Hij je levensweg bepalen.
Ga niet op je eigen oordeel af, maar koester ontzag voor de Here en ga het verkeerde uit de weg.
Dat werkt als een medicijn voor je lichaam en dringt diep in de botten door.
Vereer de Here met wat je bezit en geef Hem zijn deel van je inkomsten.
10 Dan zullen je schuren te klein zijn en vloeit de most over de randen van je perskuip.
11 Mijn zoon, ga niet voorbij aan de tucht van de Here en laat de moed niet zakken als Hij je straft.
12 Want de Here straft degene van wie Hij houdt, net zoals een vader zijn zoon straft die hij liefheeft.
13 Gelukkig is de mens die de wijsheid zoekt en haar vindt, en die met verstand leert leven.
14 Want wijsheid brengt meer op dan handel in zilver, meer dan het delven van goud.
15 Zij is meer en beter dan edelstenen, meer waard dan alles waarvan je ooit droomt.
16 Zij gaat gepaard met hoge ouderdom, rijkdom en aanzien.
17 Want wijsheid brengt liefde voort en is een voedingsbodem voor vrede en welzijn.
18 De wijsheid is als een boom van het leven voor wie haar bezit. Gelukkig zijn zij die zich aan de wijsheid vasthouden.
19 Want met wijsheid maakte de Here de aarde en het heelal getuigt van zijn verstand.
20 Met zijn kennis gaf Hij het diepe water vorm, maakte Hij wolken die de dauw op aarde brengen.
21 Mijn zoon, verlies de wijsheid niet uit het oog! Houd haar vast en toon bedachtzaamheid bij alles wat je doet.
22 Dat geeft leven aan je ziel en siert je in ieders ogen.
23 Dat geeft je zicht op je levensweg, zodat je niet hoeft te struikelen.
24 Als je gaat liggen, zal niets of niemand je doen schrikken, je kunt gaan liggen en rustig slapen.
25 Wees niet bang voor plotselinge schrik, laat je niet van de wijs brengen door de ondergang van de goddelozen.
26 Want de Here zal een betrouwbaar helper blijken te zijn. Hij zal niet toestaan dat je iets overkomt.
27 Geef, als je kunt, ieder wat hem toekomt.
28 Zeg niet tegen je naaste: ‘Kom morgen maar terug,’ als je hem het gevraagde ook direct kunt geven.
29 En beraam geen kwade plannen tegen iemand die volledig op jou vertrouwt.
30 Bind niet zonder reden de strijd aan met iemand die je niets in de weg heeft gelegd.
31 Wees niet jaloers op iemand die met ellebogenwerk in deze maatschappij vooruitkomt. Dat mag geen voorbeeld voor je zijn.
32 Van zo iemand heeft de Here een afkeer. Vertrouwelijk omgaan doet Hij alleen met mensen die oprecht zijn.
33 De Here vervloekt het huis van de goddelozen, maar zegent het huis van de rechtvaardigen.
34 Terwijl Hij spotters bespot, is Hij genadig voor de zachtmoedigen.
35 Voor wijzen is eer weggelegd, voor dwazen schande.

Luister naar de lessen van een vader, mijn kinderen. Luister goed, want zij leren je verstandig te leven.
Mijn lessen zijn goed, dus houd ze in gedachten en pas ze toe.
Mijn vader hield veel van mij en ik was mijn moeders lieveling.
Mijn vader onderwees mij en zei: ‘Sluit mijn woorden in je hart, want als je je aan mijn geboden vasthoudt, zul je leven.
Word wijs en ontwikkel een goed beoordelingsvermogen en gezond verstand, zorg dat je dit nooit vergeet!
Die wijsheid zal je beschermen, door haar lief te hebben zal zij je bewaren.
De wijsheid is het hoogste bezit, word dus wijs en ga verstandig om met je bezit.
Houd de wijsheid hoog, dan zal zij jou verhogen. Zij zal je eer brengen, wanneer je haar toepast
en je hoofd tooien met een prachtige kroon.’
10 Luister naar mij, mijn zoon, en neem mijn woorden ter harte. Dan zul je een lang en goed leven hebben.
11 Ik leer je de weg van de wijsheid en zet zo je voeten op de rechte weg.
12 Dan hoef je niet moeizaam je weg te zoeken en zul je niet struikelen.
13 Houd mijn wijze lessen in gedachten, vergeet ze niet, want de wijsheid beïnvloedt je hele leven.
14 Zet geen voet op de weg van de goddelozen, laat het pad van de boosdoeners links liggen.
15 Sla die wegen niet in, maar loop eraan voorbij.
16 Want zij kunnen de slaap niet vatten, als zij niet iets verkeerds hebben gedaan. Konden zij niet iemand dwarszitten, dan wil de slaap niet komen.
17 Want het brood dat zij eten en de wijn die zij drinken, hebben zij niet eerlijk verkregen.
18 Maar het gedrag van oprechte mensen werpt een helder licht om zich heen, zelfs bij klaarlichte dag.
19 De goddelozen tasten echter rond in het duister, zonder te weten waarover zij struikelen.
20 Luister naar mij, mijn zoon, en stel je open voor wat ik zeg.
21 Houd wijsheid, verstand en kennis voor ogen, berg ze weg, diep in je hart.
22 Want zij geven leven aan wie hen vinden en zijn een medicijn voor het hele lichaam.
23 Bescherm je hart boven alles, want uit je hart komt alles voort wat je doet.
24 Zondig niet door wat je zegt, laten je lippen geen verkeerde dingen zeggen.
25 Houd je ogen gericht op de weg vóór je en dwaal niet af naar links of rechts.
26 Houd goed in de gaten waar je voeten gaan, zodat de weg die je volgt de goede is.
27 Doe geen stap naar links of rechts en zet geen voet op de verkeerde weg.

Wijsheid beschermt

Mijn zoon, luister naar mijn woorden.
Vergeet nooit wat ik je heb gezegd.
Verlang ernaar om wijze dingen te horen.
Verlang ernaar om verstandig te worden.
Verlang ernaar om wijs te worden
en verstandige dingen te kunnen zeggen.
Zoek ernaar alsof het zilver is.
Zoek ernaar als naar een verborgen schat.
Want dan zul je begrijpen hoe belangrijk het is
om diep ontzag voor de Heer te hebben.
En je zal begrijpen hoe belangrijk het is om God te kennen.
Want de Heer geeft wijsheid.
Alles wat Hij zegt, is wijs en verstandig.
Hij geeft wijsheid aan de mensen die leven zoals Hij het wil.
Hij is een beschermend schild voor mensen die Hem gehoorzaam zijn.
Hij zorgt ervoor dat ze rechtvaardig zijn.
Hij beschermt zijn vrienden.

En je zal begrijpen wat eerlijk en rechtvaardig is.
Je zal weten hoe je op de goede weg kan blijven.
10 Want als de wijsheid in je hart is gekomen
en je ervan geniet,
11 zul je jezelf kunnen beheersen.
Je wijsheid zal je beschermen.
12 Zo zul je geen verkeerde beslissingen nemen.
Je zal niet gaan meedoen met bedriegers,
13 met mensen die het slechte pad opgaan
en verkeerde dingen doen,
14 die ervan houden om slechte dingen te doen
en genieten van hun misdadige plannen.
15 Hun paden zijn krom.
Ze lopen op dwaalwegen.

16 Als de wijsheid in je hart is gekomen,
zul je je ook niet laten verleiden door de vrouw van een ander,[a]
zelfs niet als ze je nog zo vleit.
17 Die vrouw is ontrouw aan haar man.
Ze houdt zich niet aan haar trouwbeloften, het verbond met haar God.
18 Met haar loopt het slecht af.
Haar manier van leven komt uit bij de dood.
19 Wie naar haar toe gaat,
komt nooit meer terug op de weg van het leven.

20 Blijf dus op het rechte pad.
Blijf bij de mensen die leven zoals God het wil.
21 Want zij zullen in het land blijven wonen.[b]
Wie leven zoals God het wil, zullen daar altijd blijven.
22 Maar de mensen die zich niets van God aantrekken,
zullen worden gedood.
Mensen die niet trouw aan God zijn,
zullen uit het land worden weggerukt.

Heb ontzag voor de Heer – dat zal je beschermen

Mijn zoon, vergeet niet wat ik je leer.
Bewaar in je hart wat ik je zeg.
Dan zul je heel veel langer leven
en zul je veel meer vrede hebben.
Wees altijd trouw en liefdevol.
Zorg dat je dat nooit loslaat, maar bewaar het in je hart.
Zorg ervoor dat God en mensen blij met je zijn.

Vertrouw met je hele hart op de Heer,
en vertrouw niet op je eigen wijsheid.
Overleg al je plannen met Hem.
Dan zal Hij je leven leiden.
Verbeeld je niet dat je heel erg wijs bent.
Heb diep ontzag voor de Heer en blijf ver bij het kwaad vandaan.
Dat zal goed zijn voor je ziel en je lichaam.
Het zal goed met je gaan.

Geef de Heer van wat je bezit.
Geef Hem het eerste deel van je oogst.[c]
10 Dan zullen je schuren altijd vol zijn met graan,
en je wijnpersen zullen overstromen van wijn.
11 Gehoorzaam de Heer als Hij je opvoedt.
Verzet je niet als Hij je bestraft.
12 Want de Heer bestraft de mensen van wie Hij houdt.
Ja, Hij bestraft je zoals een vader zijn zoon bestraft,
omdat hij van hem houdt.

Niets is méér waard dan wijsheid

13 Het is heerlijk als je wijsheid vindt.
Het is heerlijk als je verstandig wordt.
14 Want dat levert méér op dan zilver.
Wat je ermee krijgt, is beter dan goud.
15 Wijsheid is meer waard dan edelstenen.
Je kan je niets beters wensen dan wijsheid.
16 Door wijsheid krijg je een lang leven,
en ook rijkdom en eer.
17 Door wijsheid zal het goed met je gaan
en zul je vrede hebben.
18 Wijsheid geeft leven aan de mensen die wijs willen worden.
Het zal goed met je gaan als je wijs bent.
19 Door wijsheid heeft de Heer de aarde gemaakt.
Door verstand maakte Hij de hemel.
20 Door zijn kennis heeft Hij land en water van elkaar gescheiden,
en druppelen de wolken van de dauw.

21 Mijn zoon, verlies de wijsheid nooit uit het oog.
Wees altijd verstandig en denk goed na.
22 Want wijsheid is een bron van leven.
Je wijsheid zal een sieraad voor je zijn.
23 Door wijsheid zul je veilig je weg door het leven gaan.
Je zal geen domme dingen doen.
24 Als je in bed ligt, hoef je nergens bang voor te zijn.
Je zal rustig kunnen slapen.
25 Je hoeft niet bang te zijn voor plotselinge rampen.
Die overkomen alleen de mensen die zich niets van God aantrekken.
26 Maar jij mag op de Heer vertrouwen.
Hij zal je beschermen, zodat niemand je kwaad zal kunnen doen.

27 Geef iedereen waar hij recht op heeft,
voor zo ver je dat kan.
28 Zeg niet tegen iemand die jou om iets vraagt:
"Ga weg en kom morgen maar terug," als je het nu al kan geven.
29 Bedenk geen plannen om een ander kwaad te doen,
want die ander denkt dat je bent te vertrouwen.
30 Maak geen ruzie over helemaal niets,
als de ander je niets heeft gedaan.
31 Wees niet jaloers op iemand die gewelddadig is
en word vooral niet als hij.
32 Want de Heer walgt van zulke mensen.
Maar met eerlijke mensen wil Hij omgaan.
33 De vervloeking van de Heer rust op het huis van slechte mensen.[d]
Maar Hij zegent het huis van mensen die leven zoals Hij het wil.
34 Hij wil niets te maken hebben met mensen die Hem belachelijk maken.
Maar Hij is goed voor mensen die Hem willen gehoorzamen.
35 Wijze mensen zullen worden geëerd,
maar dwaze mensen zullen voor schut komen te staan. (lees verder)

Niets is méér waard dan wijsheid (vervolg)

Zonen, luister goed naar je vader. Ik voed jullie op.
Let op wat ik zeg, zodat jullie verstandig worden.
Want ik leer jullie goede dingen.
Houd je aan wat ik jullie zeg.
Toen ik zelf nog als kleine jongen bij mijn ouders woonde,
leerde mijn vader mij:
"Zorg dat je mijn woorden in je hart bewaart.
Doe wat ik je zeg. Dan zal het goed met je gaan.
Zorg dat je wijs en verstandig wordt.
Vergeet mijn woorden niet, maar doe wat ik je heb geleerd.
Loop niet bij de wijsheid vandaan.
Houd van de wijsheid, want die is jouw bescherming.
Naar wijsheid verlangen is het begin van alle wijsheid.
Van alles wat je hebt, is wijsheid het belangrijkste.
Heb respect voor wijsheid, dan zal jij ook respect krijgen.
Omarm wijsheid, en je zal geëerd worden.
Je wijsheid zal een sieraad voor je zijn,
zoals een mooie kroon.

10 Luister, mijn zoon, en geloof wat ik zeg.
Dan zul je lang leven.
11 Ik leer je hoe je wijs kan worden.
Dan zul je op het rechte pad blijven.
12 Niets zal je in de weg staan.
Je zal geen domme dingen doen.
13 Houd je aan hoe ik je heb opgevoed. Laat dat niet los.
Houd je daaraan, want het gaat om je leven.
14 Doe niet mee met oneerlijke mensen.
Ga niet het slechte pad op.
15 Blijf bij hen vandaan,
ga niet met hen mee.
16 Zij kunnen niet slapen als ze geen slechte dingen konden doen.
Ze liggen wakker als ze niemand kwaad hebben gedaan.
17 Want ze leven van het kwaad.
Ze genieten ervan als van lekkere wijn.
18 Maar het leven van goede mensen
lijkt op het glanzen van het eerste ochtendlicht
dat steeds helderder gaat stralen, totdat het helemaal dag is.
19 Maar het leven van slechte mensen is donker.
Ze struikelen doordat ze niet zien waar ze gaan.

20 Mijn zoon, luister naar mijn woorden.
Houd je oren open voor wat ik zeg.
21 Vergeet mijn woorden nooit meer,
maar bewaar ze diep in je hart.
22 Want mijn woorden brengen je leven.
Ze zijn genezing voor je hele lichaam.
23 Bewaak je hart beter dan alle andere dingen.
Want in je hart is de bron van het leven.
24 Zorg dat je mond geen verkeerde dingen zegt
en dat er geen leugen over je lippen komt.
25 Laat je gedachten niet afdwalen naar slechte dingen.
Kijk vastberaden recht voor je uit, naar het rechte pad.
26 Zorg dat je altijd op de goede weg blijft
en dat je altijd te vertrouwen bent.
27 Wijk niet van het rechte pad af.
Blijf ver bij het kwaad vandaan.

Footnotes

  1. Spreuken 2:16 Met deze 'andere vrouw' kan de Dwaasheid bedoeld zijn, in tegenstelling tot de Wijsheid die de mensen roept in Spreuken 1:20. Maar het kan ook over de vrouw van iemand anders gaan, met als waarschuwing dat het verkeerd met je afloopt als je ontrouw bent in je huwelijk.
  2. Spreuken 2:21 Dat had God beloofd toen Hij met Israël zijn verbond sloot. Lees Leviticus 20:22.
  3. Spreuken 3:9 Volgens de wet van Mozes was het eerste deel van alles wat geoogst werd, voor de Heer. Lees Leviticus 23:10 en 11.
  4. Spreuken 3:33 God heeft een zegen uitgesproken over de mensen die Hem gehoorzaam zijn, en een vloek over de mensen die níet leven zoals Hij het wil. Lees Deuteronomium 27 en 28.