Add parallel Print Page Options

Psalm 131

Een pelgrimslied van David.[a]

Heer, ik heb niet te veel verbeelding.
Ik ben niet trots en kijk niet op anderen neer.
Ik verlang niet naar dingen die onbereikbaar voor me zijn.
Ik ben zo rustig en tevreden
als een kind dat gedronken heeft, bij zijn moeder op schoot.
Israël, vertrouw op de Heer,
nu en voor altijd.

Footnotes

  1. Psalmen 131:1 De pelgrimsliederen werden onderweg gezongen door de mensen die op reis waren naar Jeruzalem voor één van de feesten van de Heer.

131 Lord, my heart is not haughty, nor mine eyes lofty: neither do I exercise myself in great matters, or in things too high for me.

Surely I have behaved and quieted myself, as a child that is weaned of his mother: my soul is even as a weaned child.

Let Israel hope in the Lord from henceforth and for ever.

'詩 篇 131 ' not found for the version: Chinese New Testament: Easy-to-Read Version.

Psalm 131

A song of ascents. Of David.

My heart is not proud,(A) Lord,
    my eyes are not haughty;(B)
I do not concern myself with great matters(C)
    or things too wonderful for me.(D)
But I have calmed and quieted myself,(E)
    I am like a weaned child with its mother;
    like a weaned child I am content.(F)

Israel, put your hope(G) in the Lord
    both now and forevermore.(H)