Add parallel Print Page Options

Psalm 21

Een lied van David. Voor de leider van het koor.

Heer, de koning is blij over uw macht.
Hij juicht over al het goede dat U hem geeft.
U heeft hem alles gegeven wat hij wenste.
U heeft alles gegeven waar hij U om vroeg.
U bent goed voor hem,
nog vóórdat hij om iets heeft gevraagd.
U heeft een prachtige gouden kroon op zijn hoofd gezet.
Hij vroeg U om leven. U gaf wat hij vroeg.
U gaf hem een heel lang leven.
U bent altijd zó goed voor hem!
U heeft hem rijk, machtig en geëerd gemaakt.
U stort altijd uw goedheid over hem uit.
U bent dicht bij hem. Dat maakt hem vrolijk en blij.
Want de koning vertrouwt op U, Heer.
Hij wankelt niet dankzij de goedheid en liefde
van de Allerhoogste God.

Uw hand zal al uw vijanden treffen.
U zal al uw vijanden vernietigen.
10 Uw woede zal hen vernietigen,
zoals hout in de oven wordt verbrand door het vuur.
11 U zal hun kinderen van de aardbodem wegvegen.
Hun familie zal niet langer blijven bestaan.
12 Ze proberen wel kwaad te doen,
ze smeden wel allerlei plannen,
maar tegen U kunnen ze niet op.
13 Ze worden het doelwit van uw pijlen.
U legt een pijl op uw boog en schiet op hen.

14 Heer, laat zien hoe machtig U bent!
Wij zullen liederen zingen over uw machtige daden.

21 Een psalm van David voor de koordirigent.

Here, de koning verheugt zich
over uw macht,
met vreugde spreekt hij
over het heil dat U geeft.
U vervulde
zijn grootste wens.
Wat hij U vroeg,
hebt U hem niet geweigerd.
U komt hem tegemoet
met overvloed
en geeft hem
een prachtige gouden kroon.
Hij vroeg U
te mogen leven,
dat stond U hem toe
tot in hoge ouderdom.
Dankzij U
is hij beroemd en geëerd.
U gaf hem
aanzien en majesteit.
U zegent hem rijk
en geeft hem
een hart vol blijdschap.
Allemaal omdat de koning
op de Here vertrouwt,
door de goedheid en de liefde
van God, de Allerhoogste,
faalt hij niet.
Here, U weet uw vijanden te vinden.
Wie U haten,
zullen niet aan U ontkomen.
10 Wanneer U komt, Here,
zullen zij door uw toorn verbranden,
U zult hen vernietigen.
In het vuur zullen zij omkomen.
11 Zelfs hun kinderen
zult U wegdoen van deze aarde
en hun nageslacht zal niet bestaan.
12 Als zij proberen U kwaad te doen
en slechte plannen maken,
zal dat hun niet lukken.
13 U laat hen vluchten,
U richt uw pijlen op hun gezicht.
14 Toon uw kracht, Here,
dan zullen wij
liederen zingen tot uw eer.

Psalm 21[a]

For the director of music. A psalm of David.

The king rejoices in your strength, Lord.(A)
    How great is his joy in the victories you give!(B)

You have granted him his heart’s desire(C)
    and have not withheld the request of his lips.[b]
You came to greet him with rich blessings
    and placed a crown of pure gold(D) on his head.(E)
He asked you for life, and you gave it to him—
    length of days, for ever and ever.(F)
Through the victories(G) you gave, his glory is great;
    you have bestowed on him splendor and majesty.(H)
Surely you have granted him unending blessings
    and made him glad with the joy(I) of your presence.(J)
For the king trusts in the Lord;(K)
    through the unfailing love(L) of the Most High(M)
    he will not be shaken.(N)

Your hand will lay hold(O) on all your enemies;
    your right hand will seize your foes.
When you appear for battle,
    you will burn them up as in a blazing furnace.
The Lord will swallow them up in his wrath,
    and his fire will consume them.(P)
10 You will destroy their descendants from the earth,
    their posterity from mankind.(Q)
11 Though they plot evil(R) against you
    and devise wicked schemes,(S) they cannot succeed.
12 You will make them turn their backs(T)
    when you aim at them with drawn bow.

13 Be exalted(U) in your strength, Lord;(V)
    we will sing and praise your might.

Footnotes

  1. Psalm 21:1 In Hebrew texts 21:1-13 is numbered 21:2-14.
  2. Psalm 21:2 The Hebrew has Selah (a word of uncertain meaning) here.