Add parallel Print Page Options

35 Daardoor maakt u zich schuldig aan de dood van al de onschuldige en gelovige mensen die werden vermoord, van de onschuldige Abel tot Zacharia, de zoon van Berechja, die werd vermoord tussen het tempelhuis en het altaar. 36 Ja, Ik verzeker u: het oordeel over al het kwaad van vroeger zal op het hoofd van deze generatie neerkomen.

37 Jeruzalem, Jeruzalem! Stad die de profeten vermoordt en de mannen die naar haar zijn toegestuurd, dood gooit met stenen! Hoe vaak heb Ik uw kinderen bij elkaar willen brengen, zoals een hen haar kuikens onder haar vleugels bijeenbrengt. Maar u hebt het niet gewild!

Read full chapter