⁵ Hoe kunt u dan uw broeder helpen? Huichelaar! Zorg eerst dat die balk uit uw eigen oog weg is. Dan ziet u tenminste wat u doet, als u die splinter uit het oog van uw broeder haalt.

⁷ Gods Zoon heeft zijn leven en zijn bloed gegeven om ons van de zonde te verlossen. Alles wat wij hebben misdaan, is ons daardoor vergeven. Wat een rijke genade!

⁴ Denk niet alleen aan uw eigen belang, maar ook aan dat van anderen. ⁵ Blijf erop toezien dat uw innerlijke houding moet zijn zoals die van Christus Jezus, ⁶ die, hoewel Hij de gestalte van God had, Zich niet heeft vastgeklampt aan zijn goddelijke rechten. ⁷ Integendeel, Hij legde zijn grote macht en heerlijkheid af, nam de gestalte aan van een dienaar en werd een mens. ⁸ Herkenbaar als mens, vernederde Hij Zich en gehoorzaamde tot het uiterste, zelfs tot in de dood aan het kruis.

²⁶ Als u kwaad bent, laat dan geen wrok in uw hart opkomen, want dan zondigt u. Zorg ervoor dat u uw boosheid voor het einde van de dag weer kwijt bent. ²⁷ Geef de duivel geen schijn van kans.

¹⁹ Beste vrienden, onthoud dit goed: wees snel met luisteren, maar traag met spreken, en word niet snel kwaad, ²⁰ want kwaadheid veroorzaakt alleen maar dingen die tegen Gods wil ingaan.

¹⁹ En mannen, wijd u met liefde aan uw vrouw, behandel haar niet grof of onverschillig.

¹² Behandel anderen zoals u wilt dat zij u behandelen. Dat is in het kort wat Mozes en de profeten hebben gezegd.