Leviticus 7:20-21
BasisBijbel
20 Maar als iemand onrein is als hij vlees eet van mijn dank-offer, moet hij worden gedood. 21 En als iemand iets onreins heeft aangeraakt, bijvoorbeeld een onrein mens of onrein dier, en daarna eet van het vlees van mijn dank-offer, dan moet hij worden gedood."
Read full chapter
Leviticus 7:25
BasisBijbel
25 Iedereen die vet eet van het vee waarvan vuur-offers voor de Heer gebracht worden, moet worden gedood.
Read full chapter
Leviticus 7:27
BasisBijbel
27 Iedereen die vlees eet waar het bloed nog in zit, moet worden gedood."
Read full chapter
Leviticus 17:4
BasisBijbel
4 Hij moet het dier bij Mij brengen, bij de ingang van de tent van ontmoeting. Dáár moet hij het aan Mij offeren. Als hij ergens anders offert, is hij net zo schuldig als wanneer hij iemand vermoord zou hebben. Want hij heeft bloed vergoten. Hij moet gedood worden.
Read full chapter
Leviticus 17:9-10
BasisBijbel
9 Hij moet het bij de ingang van de tent van ontmoeting aan de Heer offeren. Als hij dat niet doet, moet hij worden gedood.' "
Regels over het eten van vlees
10 De Heer zei tegen Mozes: "Als iemand van het volk Israël of van de vreemdelingen die bij hen wonen, vlees eet waar het bloed nog in zit, zal Ik zijn vijand zijn. Hij moet gedood worden.
Read full chapter
Leviticus 17:14
BasisBijbel
14 Want voor al het vlees geldt dat het leven van het dier in het bloed zit. Daarom heb Ik tegen jullie gezegd dat jullie van geen enkel dier vlees mogen eten waar het bloed nog in zit. Want het leven zit in het bloed. Als iemand vlees eet waar het bloed nog in zit, moet hij worden gedood.
Read full chapter
Leviticus 18:29
BasisBijbel
29 Iedereen die één van die walgelijke dingen doet, moet worden gedood.
Read full chapter
Leviticus 19:8
BasisBijbel
8 Iemand die er dan van eet, is schuldig. Want hij heeft met iets dat alleen voor Mij was, gedaan alsof het iets heel gewoons was. Zo iemand moet gedood worden.
Read full chapter
Numeri 15:30-31
BasisBijbel
30 Maar als iemand Mij expres ongehoorzaam is, moet hij worden gedood. Het maakt niet uit of hij als Israëliet geboren is, of als vreemdeling bij jullie woont. Hij heeft geen ontzag voor Mij. Daarom moet hij worden gedood. 31 Want hij had geen zin om naar Mij te luisteren en heeft niet gedaan wat Ik heb bevolen. Hij verdient de doodstraf."
Read full chapter
© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016