Añadir traducción en paralelo Imprimir Opciones de la página

11 IK BEN de goede herder.[a] Een goede herder heeft zijn leven over voor de schapen. 12 Maar een gehuurde knecht slaat op de vlucht als hij een wolf ziet aankomen. Hij laat de schapen in de steek en de wolf jaagt de schapen uit elkaar en doodt ze. De knecht vlucht, omdat hij niet zelf de eigenaar van de schapen is. 13 Daarom geeft hij niet echt om de schapen. 14 IK BEN de goede Herder. Ik ken mijn schapen en mijn schapen kennen Mij. 15 Net zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken. Ik heb mijn leven over voor de schapen.

Read full chapter

Notas al pie

  1. Johannes 10:11 Lees Ezechiël hoofdstuk 34, waarin God zegt dat Hij een goede herder is voor zijn volk. Jezus zegt hier dus eigenlijk dat Hij God is.

11 Ik ben de goede herder. De goede herder geeft zijn leven voor zijn schapen. 12 Een ingehuurde knecht laat de schapen in de steek zodra hij een wolf ziet aankomen. Want hij is de herder niet. De schapen zijn niet van hem. De wolf pakt er een en jaagt de andere uiteen. 13 Zoʼn herdersknecht denkt alleen aan zichzelf. Het interesseert hem niet wat er met de schapen gebeurt. 14 Ik ben de goede herder. Ik ken mijn schapen en zij kennen Mij, 15 zoals Ik de Vader ken en Hij Mij kent. Ik geef mijn leven voor mijn schapen.

Read full chapter

11 I am the good shepherd: the good shepherd layeth down his life for the sheep. 12 He that is a hireling, and not a shepherd, whose own the sheep are not, beholdeth the wolf coming, and leaveth the sheep, and fleeth, and the wolf snatcheth them, and scattereth them: 13 he fleeth because he is a hireling, and careth not for the sheep. 14 I am the good shepherd; and I know mine own, and mine own know me, 15 even as the Father knoweth me, and I know the Father; and I lay down my life for the sheep.

Read full chapter