Add parallel Print Page Options

Op zoek naar wijsheid

28 Job vervolgde:
‘De mens weet waar hij zilver en goud kan vinden en hoe hij het moet zuiveren.
Hij weet hoe hij ijzer uit de grond moet halen en koper uit steen moet smelten.
3,4 De mens weet hoe hij licht moet maken in het donker, zodat hij onder de grond kan werken, de aarde kan onderzoeken en haar grondstoffen kan ontdekken. Diep onder de zwarte rotsen graaft hij schachten en bungelt hij aan touwen naar beneden, ver van de bewoonde wereld.
De mens weet hoe hij uit de aarde voedsel kan verkrijgen, terwijl daar diep beneden een vuur brandt.
Hij weet hoe hij edelgesteente en goudstof kan vinden,
schatten die geen roofvogel kan zien, waar zelfs het oog van de gier niet scherp genoeg voor is.
Geen enkel wild dier heeft ooit over die schatten gelopen, de leeuw heeft ze nog nooit met een klauw aangeraakt.
De mens weet hoe hij een harde rots kapot kan krijgen en tot in de fundamenten van een berg kan doordringen.
10 Hij hakt gangen in de rotsen en legt kostbare gesteenten bloot.
11 Hij damt onderaardse stromen af en brengt aan het licht wat verborgen is.
12 Maar hoewel de mens dit alles kan, weet hij niet waar hij wijsheid en inzicht kan vinden.
13 En niet alleen weet hij niet hoe hij ze kan krijgen, maar uiteindelijk zijn ze ook niet onder de levenden te vinden.
14 “Hier zijn ze niet,” zeggen de oceanen en de zeeën voegen daaraan toe: “Hier zijn ze ook niet.”
15 Zij zijn niet te koop voor goud of zilver
16 en ook niet voor al het goud van Ofir, kostbare onyx of saffieren.
17 Wijsheid is oneindig veel waardevoller dan goud en kristal. Zij kan niet worden gekocht met gouden sieraden.
18 Wijsheid is veel meer waard dan koraal en kristal, kostbaarder dan een zak vol parels.
19 Topaas uit Ethiopië voldoet niet, net zo min als het puurste goud.
20 Maar waar kunnen wij die wijsheid dan krijgen? Waar is echt inzicht te vinden?
21 Want zij is onzichtbaar voor de ogen van al wat leeft, zelfs scherpe vogelogen kunnen haar niet ontdekken.
22 Zelfs het verderf en de dood zeggen dat zij er alleen ooit geruchten over gehoord hebben.
23,24 Natuurlijk weet alleen God waar het te vinden is, want Hij kan de hele aarde en alles wat zich onder de hemelen bevindt, overzien.
25 Toen Hij de kracht van de wind vaststelde en de grenzen van de oceanen bepaalde,
26 toen Hij de wetten van de regen maakte en een pad voor het onweer baande,
27 toen zag Hij de wijsheid en toetste haar, Hij peilde en doorgrondde haar.
28 En dit zegt Hij tegen de hele mensheid: “Ontzag te hebben voor de Here, dat is de ware wijsheid, het vermijden van het kwaad, is inzicht.” ’

Interlude: Where Wisdom Is Found

28 There is a mine for silver
    and a place where gold is refined.(A)
Iron is taken from the earth,
    and copper is smelted from ore.(B)
Mortals put an end to the darkness;(C)
    they search out the farthest recesses
    for ore in the blackest darkness.(D)
Far from human dwellings they cut a shaft,(E)
    in places untouched by human feet;
    far from other people they dangle and sway.
The earth, from which food comes,(F)
    is transformed below as by fire;
lapis lazuli(G) comes from its rocks,
    and its dust contains nuggets of gold.(H)
No bird of prey knows that hidden path,
    no falcon’s eye has seen it.(I)
Proud beasts(J) do not set foot on it,
    and no lion prowls there.(K)
People assault the flinty rock(L) with their hands
    and lay bare the roots of the mountains.(M)
10 They tunnel through the rock;(N)
    their eyes see all its treasures.(O)
11 They search[a] the sources of the rivers(P)
    and bring hidden things(Q) to light.

12 But where can wisdom be found?(R)
    Where does understanding dwell?(S)
13 No mortal comprehends its worth;(T)
    it cannot be found in the land of the living.(U)
14 The deep(V) says, “It is not in me”;
    the sea(W) says, “It is not with me.”
15 It cannot be bought with the finest gold,
    nor can its price be weighed out in silver.(X)
16 It cannot be bought with the gold of Ophir,(Y)
    with precious onyx or lapis lazuli.(Z)
17 Neither gold nor crystal can compare with it,(AA)
    nor can it be had for jewels of gold.(AB)
18 Coral(AC) and jasper(AD) are not worthy of mention;
    the price of wisdom is beyond rubies.(AE)
19 The topaz(AF) of Cush(AG) cannot compare with it;
    it cannot be bought with pure gold.(AH)

20 Where then does wisdom come from?
    Where does understanding dwell?(AI)
21 It is hidden from the eyes of every living thing,
    concealed even from the birds in the sky.(AJ)
22 Destruction[b](AK) and Death(AL) say,
    “Only a rumor of it has reached our ears.”
23 God understands the way to it
    and he alone(AM) knows where it dwells,(AN)
24 for he views the ends of the earth(AO)
    and sees everything under the heavens.(AP)
25 When he established the force of the wind
    and measured out the waters,(AQ)
26 when he made a decree for the rain(AR)
    and a path for the thunderstorm,(AS)
27 then he looked at wisdom and appraised it;
    he confirmed it and tested it.(AT)
28 And he said to the human race,
    “The fear of the Lord—that is wisdom,
    and to shun evil(AU) is understanding.”(AV)

Footnotes

  1. Job 28:11 Septuagint, Aquila and Vulgate; Hebrew They dam up
  2. Job 28:22 Hebrew Abaddon