Add parallel Print Page Options

Doordat hij God geloofde, heeft hij in het land gewoond dat God hem had beloofd. Maar het was nog niet van hem. Hij woonde er als vreemdeling, in tenten. Net als later Izaäk en Jakob, die dezelfde belofte hadden gekregen als Abraham.[a]

Read full chapter

Footnotes

  1. Hebreeën 11:9 Lees Genesis 15:7 en 18. De belofte die God aan Abraham deed, deed Hij ook aan Abrahams zoon Izaäk en zijn kleinzoon Jakob.

Uskon kautta hän eli muukalaisena lupauksen maassa niinkuin vieraassa maassa, asuen teltoissa Iisakin ja Jaakobin kanssa, jotka olivat saman lupauksen perillisiä;

Read full chapter

En zelfs toen hij in het land kwam dat God hem beloofd had, woonde hij in tenten als een vreemdeling, evenals Isaak en Jakob, aan wie God dezelfde belofte deed.

Read full chapter

By faith he made his home in the promised land(A) like a stranger in a foreign country; he lived in tents,(B) as did Isaac and Jacob, who were heirs with him of the same promise.(C)

Read full chapter