Genesis 48:1-7
BasisBijbel
Jakob zegent Jozefs zonen
48 Op een dag kreeg Jozef het bericht: "Uw vader is ziek." Hij ging met zijn twee zonen Manasse en Efraïm naar zijn vader. 2 Jakob hoorde dat zijn zoon op bezoek kwam. Hij ging met veel moeite overeind zitten. 3 Toen zei hij tegen Jozef: "Bij Luz (= Bet-El) in Kanaän is de Almachtige God naar mij toe gekomen. Daar heeft Hij mij gezegend en tegen mij gezegd: 4 'Ik zal ervoor zorgen dat jouw familie heel groot zal worden. Uit jou zullen heel veel volken ontstaan. En Ik zal dit land aan jouw familie ná jou geven. Het zal voor altijd van hen zijn.' 5 Jij hebt in Egypte twee zonen gekregen voordat ik naar Egypte kwam. Dat zijn Efraïm en Manasse. Zij zullen voortaan míjn zonen zijn, net zoals Ruben en Simeon. 6 Maar alle andere kinderen die je ná hen nog zal krijgen, zullen jouw eigen kinderen zijn. Je moet hun dezelfde namen geven als deze twee broers en ze zullen erven van Efraïm en Manasse. 7 Ik neem deze twee kinderen als mijn eigen kinderen aan, omdat ik Rachel al zo vroeg heb verloren en ze pas twee kinderen had. Want ze stierf tijdens de reis uit Paddan in Kanaän, toen we vlak bij Efrat waren. Daar heb ik haar langs de kant van de weg naar Efrat begraven." (Efrat is Betlehem.)
Read full chapter
创世记 48:1-7
Chinese Contemporary Bible (Simplified)
雅各祝福以法莲和玛拿西
48 后来,有人来通知约瑟,说他父亲病了,约瑟就带着两个儿子玛拿西和以法莲去探望父亲。 2 雅各听说约瑟来了,就强撑着从床上坐起来, 3 对约瑟说:“全能的上帝曾经在迦南的路斯向我显现,赐福给我。 4 祂对我说,‘我必使你生养众多,子孙兴旺,并把迦南赐给你和你的后裔永远作产业。’
5 “我来之前,你在埃及生的两个儿子以法莲和玛拿西都算我的,他们可以像吕便和西缅一样承受我的产业。 6 除了他们以外,你其他子女仍然归你,这些子女可以在他们弟兄的名下继承产业。 7 我从巴旦回来的路上,拉结死在了迦南,那地方离以法他还有一段路程,我把她葬在通往以法他的路旁。”以法他就是伯利恒。
Read full chapter
© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016
Chinese Contemporary Bible Copyright © 1979, 2005, 2007, 2011 by Biblica® Used by permission. All rights reserved worldwide.