Add parallel Print Page Options

De echte kinderen van Abraham

Domme Galaten, wie heeft u betoverd? Ik heb u toch zoʼn duidelijk beeld gegeven van Jezus Christus, die aan het kruis gestorven is. Zeg eens: heeft God u de Heilige Geest gegeven omdat u de wet hebt gehoorzaamd of omdat u het goede nieuws van Jezus Christus hebt gehoord én geloofd? Bent u nu zo dom? U bent christen geworden door het werk van de Heilige Geest, moet u nu met de wet eindigen? Is alles wat u hebt meegemaakt dan voor niets geweest? Was dat maar zo. Geeft God u zijn Geest en laat Hij wonderen onder u gebeuren omdat u zo goed doet wat de wet zegt? Of omdat u gelooft wat wij u over Jezus Christus hebben verteld?

Kijk naar wat er over Abraham is gezegd: ‘Abraham geloofde God en daarom beschouwde God hem als een rechtvaardig mens.’ De echte kinderen van Abraham zijn dus de mensen die, net als hij, op God vertrouwen. In de Boeken is voorzegd dat het tussen God en niet-Joodse volken in orde zou komen, wanneer zij op Hem zouden vertrouwen. God zei ooit tegen Abraham: ‘U zult voor alle volken een zegen zijn.’ Dat was goed nieuws! Ieder die net als Abraham op God vertrouwt, zal net als hij worden gezegend.

10 Maar ieder die probeert het met God in orde te maken door de wet te houden, valt onder de vloek van God. Want er staat in de Boeken: ‘Vervloekt is hij die deze wetten niet nauwgezet gehoorzaamt.’ 11 Dat niemand het ooit met God in orde kan maken door de wet te houden, is volstrekt duidelijk. In de Boeken staat immers ook: ‘De mensen die rechtvaardig zijn, zullen door hun geloof echt leven.’ 12 Bij het houden van de wet is het geen kwestie van geloven, maar van doen. ‘Wie de wet houdt, zal daardoor leven,’ staat er geschreven. 13 Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek die de wet over ons bracht, door voor ons die vloek op Zich te nemen. Er staat immers: ‘Iemand die aan een paal is opgehangen, is vervloekt.’ 14 Op die manier is door Christus Jezus de zegen van Abraham tot de andere volken gekomen en nu kunnen wij de Heilige Geest ontvangen door in God te geloven.

15 Vrienden, ik neem maar eens een voorbeeld uit het dagelijks leven. Als twee mensen een overeenkomst sluiten en die bekrachtigen, kan niemand daar iets aan veranderen of toevoegen. 16 Wel, God deed Abraham en zijn nakomeling een belofte. Er staat in de Boeken niet dat die belofte aan Abrahams ‘nakomelingen’ werd gedaan, alsof het om velen zou gaan. Maar er staat ‘nakomeling’ en daarmee wordt Christus bedoeld. 17 Ik bedoel dit: als God met Abraham een onverbrekelijke overeenkomst heeft gesloten, kan een wet die er pas vierhonderddertig jaar later bijkwam, die overeenkomst niet ongedaan maken. De belofte die God heeft gedaan, blijft gelden. 18 Als wij gered konden worden door een wet te gehoorzamen, is het duidelijk dat dat een andere manier is om met God in het reine te komen dan de manier van Abraham. Want hij was een vriend van God omdat hij eenvoudig geloofde in Gods beloften.

19 Waarvoor dient de wet dan? Die is later ingevoerd om duidelijk te maken dat er zonde is. De wet zou alleen maar gelden zolang de nakomeling er nog niet was die God beloofd had. God heeft de wet door engelen aan Mozes gegeven voor het Joodse volk. 20 Maar toen Hij zijn belofte aan Abraham gaf, deed Hij dat zonder tussenpersoon. 21 Zijn Gods wet en Gods beloften dan met elkaar in tegenspraak? Nee, natuurlijk niet. Als er een wet zou zijn die leven kon geven, dan zouden we ook wel door een wet uit de greep van de zonde kunnen komen. 22 Maar volgens de Boeken is alles in de macht van de zonde, zodat de enige manier om Gods beloofde heil te krijgen het geloof in Jezus Christus is.

23 Tot de komst van Christus werden wij door de wet bewaakt. Wij leefden bij wijze van spreken onder het strenge toezicht van de wet, zolang wij nog niet wisten dat wij op Jezus Christus mochten vertrouwen. 24 Laat ik het anders zeggen: de wet was onze opvoeder, totdat Christus kwam en wij door in Hem te geloven recht voor God konden staan. 25 Maar nu het geloof in Christus er is, heeft die opvoeder niets meer over ons te zeggen. 26 Door het geloof in Christus Jezus bent u allemaal kinderen van God geworden. 27 Door de doop in Christus bent u één met Hem geworden, u bent als het ware omhuld door Hem. 28 Er kan nu geen sprake meer zijn van Jood of niet-Jood, van slaaf of vrij man, van man of vrouw, want in Christus Jezus zijn wij één geworden. 29 Als u een deel van Christus bent, bent u ook kinderen van Abraham en dan is wat God hem beloofde, ook voor u.

Gods belofte aan Abraham

O, domme Galaten! Wie heeft jullie betoverd? Hoe kan het dat jullie het goede nieuws niet langer gehoorzamen? Ik heb jullie toch zó duidelijk de gekruisigde Christus beschreven! Laat mij jullie deze ene vraag stellen: hebben jullie de Geest gekregen doordat jullie je aan de wet van Mozes hielden? Of kregen jullie Hem doordat jullie het goede nieuws hebben gehoord en geloofd? Zijn jullie dan zó dom? Jullie zijn je nieuwe leven begonnen met de Geest. Eindigen jullie dan nu met het houden van regels? Is alle ellende die jullie vanwege het geloof overkomen is, dan helemaal voor niets geweest? Als jullie je nu weer aan de wet gaan houden, is het inderdaad helemaal voor niets geweest. God heeft jullie zijn Geest gegeven en doet wonderen bij jullie. Doet Hij dat omdat jullie je zo goed aan de wet van Mozes houden? Of doet Hij dat omdat jullie geloven wat ik jullie heb verteld?

Ook Abraham heeft God geloofd.[a] Daarom zei God dat Abraham leefde zoals Hij het wil. Jullie moeten begrijpen dat alleen de mensen die in Jezus geloven kinderen van Abraham zijn. De Boeken wisten van tevoren dat God de niet-Joodse volken door hun geloof zou vrijspreken van schuld. Daarom hebben de Boeken van tevoren aan Abraham het goede nieuws verteld: "Door de zegen die op jou is, zullen alle volken gezegend worden." De mensen die hetzelfde geloof hebben als Abraham, ontvangen dus samen met Abraham Gods zegen.

10 Veel mensen willen leven zoals God het wil en daarmee vrij zijn van schuld. Daarom proberen ze zich precies aan de wet van Mozes te houden. Ze vertrouwen er op dat dat hen zal redden. Maar zij zijn vervloekt! Want er staat in de Boeken: "Iedereen die zich níet precies houdt aan alles wat er in het boek van de wet van Mozes geschreven staat, is vervloekt."[b] 11 En er staat ook: "Maar mensen die leven zoals Ik het wil, leven door hun geloof in Mij." Het is dus duidelijk: niemand kan ervoor zorgen dat hij geen enkele schuld heeft tegenover God, door zich aan de wet van Mozes te houden. 12 Want bij de wet van Mozes gaat het niet om geloof, maar om het doen van de wet. Want er staat in de Boeken: "Als je alles doet wat de wet van Mozes zegt, zul je leven."[c] 13 Maar Christus heeft ons bevrijd van de vervloeking van de wet van Mozes. Hoe? Door Zelf die vervloeking op Zich te nemen. Want er staat in de Boeken: "Vervloekt is iedereen die aan een hout hangt." 14 Zo kon God de zegen die Hij aan Abraham had gegeven, ook aan niet-Joodse volken geven. Namelijk als ze in Jezus Christus geloven. En door dat geloof konden we de Heilige Geest ontvangen die God had beloofd.

15 Broeders en zusters, ik zal dit uitleggen met een voorbeeld. Als je met iemand een verbond sluit, zetten jullie er allebei je handtekening onder. Daarna kan niemand dat verbond nog veranderen. Gods belofte aan Abraham is een verbond. 16 Nu is het zo, dat God zijn belofte deed aan Abraham en aan zijn kind. God zei niet: 'kinderen,' in het meervoud. Maar: 'kind', in het enkelvoud. Met dat kind bedoelde Hij Christus. 17 Ik bedoel dit: God sloot met Abraham een verbond dat over Christus ging. Pas 430 jaar later werd de wet van Mozes gegeven. Dan kan die wet dat verbond niet veranderen. Dus de belofte is er nog steeds. 18 Stel dat we Gods erfenis (= onze redding) zouden kunnen krijgen door ons aan de wet van Mozes te houden. Dan zou die erfenis niets te maken hebben met Gods belofte aan Abraham. Maar juist door zijn belofte aan Abraham liet God zien dat Hij hem wilde zegenen.

Het doel van de wet

19 Waarom gaf God dan de wet? Om aan de mensen te laten zien dat ze schuldig waren. Want ze konden zich niet aan de wet houden. Maar ze moesten zich aan de wet van Mozes houden tót het Kind was gekomen dat God aan Abraham had beloofd. Engelen hebben op bevel van God de wet gegeven aan iemand die tussen God en de mensen in stond, namelijk Mozes. 20 Zo iemand is er niet als er maar één partij is. Hij is er alleen als er meer partijen zijn. God is Eén en Hij was de enige partij toen Hij zijn belofte aan Abraham gaf. Maar de wet is een verbond tussen twee partijen: God en Israël.

21 Botst de wet van Mozes dan met de belofte van God? Helemaal niet! Want als de wet de mensen had kunnen redden, dan zouden de mensen inderdaad vrij van schuld zijn geweest als ze zich precies aan die wet hielden. 22 Maar dat konden ze niet. Dus door de wet gingen de mensen juist zien hoe slecht ze zijn. Zo zouden ze gaan begrijpen dat ze alleen door geloof in Jezus Christus hun deel van de belofte zouden krijgen en niet door zich aan de wet van Mozes te houden.

23 Maar voordat dit geloof er kwam, beschermde de wet ons. De wet hield ons op het rechte pad. Pas later zouden we begrijpen dat we geloof nodig hebben. 24 De wet van Mozes was dus bedoeld om ons te leiden en op te voeden totdat Christus zou komen. En door in Christus te gaan geloven, zouden we kunnen worden vrijgesproken van schuld. 25 En nu het geloof is gekomen, hoeven we niet meer door de wet van Mozes geleid en opgevoed te worden. 26 Want door jullie geloof in Jezus Christus zijn jullie allemaal kinderen van God geworden. 27 Want alle mensen die in Christus zijn gedoopt, worden met Christus bedekt. Hij bedekt je zoals een kledingstuk je bedekt.[d] 28 Hierbij maakt het niet uit of je Jood of geen Jood bent, slaaf of vrij mens, man of vrouw. Jullie zijn namelijk allemaal één in Jezus Christus. 29 En als jullie van Christus zijn, zijn jullie kinderen van Abraham.[e] Daarom erven jullie zijn belofte. Zo is de belofte die God vroeger aan Abraham deed, nu ook voor jullie.

Footnotes

  1. Galaten 3:6 Lees Hebreeën 11:8, 9, 17-19.
  2. Galaten 3:10 Lees Deuteronomium 27:26.
  3. Galaten 3:12 Maar doordat het gewoon niemand lukt om zich voor 100% aan de wet te houden, komt iedereen vanzelf onder de vervloeking. Maar Jezus maakt die vervloeking ongedaan voor de mensen die in Hem geloven.
  4. Galaten 3:27 Lees ook Romeinen 6.
  5. Galaten 3:29 Namelijk omdat je hetzelfde geloof in God hebt als Abraham. Lees hierover Romeinen 4:1-12.

行律法與信基督

無知的加拉太人啊!誰又迷惑了你們呢?耶穌基督被釘在十字架上的事早就像一幅畫一樣展現在你們眼前了。 我只想問,你們領受了聖靈是靠遵行律法呢,還是因為相信所聽見的福音呢? 你們既然靠聖靈開始了基督徒的生活,現在卻想靠肉體達到純全嗎?你們就這麼無知嗎? 你們受了許多苦,難道都是徒然的嗎?都白受了嗎? 上帝將聖靈賜給你們又在你們中間行神蹟,是因為你們遵行律法呢,還是因為你們相信所聽到的福音呢?

聖經上說:「亞伯拉罕信上帝,就被算為義人。」 因此,你們要明白,那些信上帝的人才是亞伯拉罕的子孫。 聖經早就指明,上帝要叫外族人因信而被稱為義人,祂預先將福音傳給亞伯拉罕,說:「萬國必因你而蒙福。」 所以那些信上帝的人必和有信心的亞伯拉罕一同得到祝福。

10 凡以遵行律法為本的人都在咒詛之下,因為聖經上說:「凡不遵行律法書上一切命令的人必受咒詛。」 11 非常明顯,沒有人能靠遵行律法在上帝面前被稱為義人,因為聖經上說:「義人必靠信心而活。」 12 律法卻不是以信心為本,而是說:「遵行的人必存活。」

13 但基督替我們受了咒詛,從而救贖我們脫離了律法的咒詛,因為聖經上說:「凡掛在木頭上的人都是受咒詛的。」 14 這樣,賜給亞伯拉罕的祝福可以藉著基督耶穌臨到外族人,使我們也可以藉著信得到上帝應許賜給我們的聖靈。

律法與應許

15 弟兄姊妹,我舉個日常生活中的例子。世人的合約一經雙方簽訂之後,就不能作廢,也不能加添。 16 上帝曾向亞伯拉罕和他的後裔賜下應許,不過這裡沒有說「後裔們」——指許多人,而是說「你的後裔」——指一個人,就是基督。 17 我的意思是:四百三十年後頒佈的律法不會廢除上帝先前立下的約,以致應許落空。 18 倘若我們是靠守律法去承受產業,我們就不是倚靠上帝的應許。但上帝是憑應許把產業賜給了亞伯拉罕。

19 那麼,為什麼會有律法呢?律法是為了使人知罪而頒佈的,等那位承受應許的後裔來到後,律法的任務就完成了。律法是通過天使交給一位中間人頒佈的。 20 中間人代表雙方,但上帝則單方面賜下應許。

21 這樣看來,上帝的律法和上帝的應許是否互相矛盾呢?當然不是!如果賜下的律法能帶給人生命,人就可以靠律法成為義人了。 22 但聖經說萬物都在罪的權勢下,爲要使那些相信的人因爲相信耶稣基督而得到應許[a]

23 信耶穌的時代[b]還沒有來臨以前,律法暫時監管我們。等到信耶穌之道顯明出來後,律法就不再監管我們。 24 因此,律法是我們的監護人,負責引領我們歸向基督,使我們可以因信而被稱為義人。 25 現在信耶穌的時代已經來臨,我們不再受律法監管。 26 你們都藉著信基督耶穌而成為上帝的兒女, 27 因為你們受洗歸入基督就是披戴基督[c] 28 從此不再分猶太人和希臘人,自由人和奴隸,男人和女人,因為你們都在基督耶穌裡合而為一了。 29 你們若屬於基督,就是亞伯拉罕的後裔,都是照著上帝的應許承受產業的人。

Footnotes

  1. 3·22 因爲相信耶稣基督而得到應許」或譯「因爲耶稣基督的信實而得到應許」。
  2. 3·23 信耶穌的時代」希臘文是「信心」,下同25節。
  3. 3·27 披戴基督」是個隱喻,主要的意思是「像基督」,象徵有基督的生命與品格。