Add parallel Print Page Options

Het werk wordt gestopt

Toen Ahasveros koning van Perzië werd, stuurden ze hem een brief waarin ze bezwaar maakten tegen de herbouw van Jeruzalem.[a] En toen na hem zijn zoon Artasasta koning werd, schreven Bislam, Mitredat, Tabeël en de andere ambtenaren hem ook weer een brief. De brief was in het Aramees, met een vertaling erbij. 8+9 Er stond in:

"Deze brief is geschreven door uw dienaren in de provincie ten zuiden van de Rivier,[b] namelijk door Rehum de bestuurder van die provincie (= Samaria), zijn schrijver Simsai, en de andere ambtenaren en rechters van de provincie ten zuiden van de Rivier.

Read full chapter

Footnotes

  1. Ezra 4:6 Dit stuk hoort eigenlijk later in het verhaal, want Ahasveros en Artasasta regeerden veel later. Maar het is bedoeld als voorbeeld van alle tegenwerking die er was.
  2. Ezra 4:8 Dat is de Eufraat.