Add parallel Print Page Options

De twee stukken hout

15 De Heer zei tegen mij: 16 "Mensenzoon, neem twee stukken hout. Schrijf op het ene stuk: 'Voor het koninkrijk Juda en de stammen van Israël die daarbij horen.'[a] En schrijf op het andere stuk: 'Voor het koninkrijk Israël en de stammen van Israël die daarbij horen.'[b] 17 Houd de stukken hout dan zó in je hand, dat ze één geheel worden. 18 De mensen zullen aan je vragen: 'Wil je ons uitleggen wat je daarmee bedoelt?' 19 Antwoord dan: Dit zegt de Heer: Ik neem het stuk hout van Efraïm[c] (de zoon van Jozef) en de stammen van Israël die daarbij horen, en Ik maak het één geheel met het stuk hout van Juda. Zo zullen ze samen één geheel in mijn hand zijn.[d]

20 Houd die twee stukken hout waarop je geschreven hebt, in je hand en laat de mensen ze zien. 21 Zeg dan tegen hen: Dit zegt de Heer: Ik haal de Israëlieten op uit de landen waar ze zijn gaan wonen. Ik zal hen van overal verzamelen en naar hun eigen land brengen. 22 Ik zal één volk van hen maken op de bergen van Israël. Ze zullen samen maar één koning hebben. Ze zullen nooit meer twee koninkrijken zijn, met twee koningen. 23 Ze zullen zichzelf niet langer bederven met hun walgelijke afgoden en met de vreselijke dingen die ze doen. Ik zal hen redden uit alle plaatsen waar ze vreselijke dingen hebben gedaan. Ik zal hen schoonwassen van al hun ongehoorzaamheid aan Mij. Dan zullen ze mijn volk zijn en zal Ik hun God zijn.

Read full chapter

Footnotes

  1. Ezechiël 37:16 Dat zijn de twee stammen Juda en Benjamin in het zuiden.
  2. Ezechiël 37:16 Dat zijn de tien andere stammen in het noorden.
  3. Ezechiël 37:19 De stam van Efraïm was de grootste en belangrijkste stam van de tien stammen die samen het koninkrijk Israël waren.
  4. Ezechiël 37:19 Je kan je dit op twee manieren voorstellen. Je kan twee latten zó in je hand houden, dat je niet kan zien dat het om twee stukken gaat. De 'naad' zit verborgen in je hand. De tekst op de latten blijft te lezen. Een andere mogelijkheid is, dat met de 'stukken hout' schrijfplankjes bedoeld worden. Het Hebreeuwse woord 'éts' kan vertaald worden met boom, stok, plank, of iets van hout. Een schrijfplank was een houten plankje dat met bijenwas werd bedekt. In de bijenwas kon worden geschreven. Door twee planken met de waskanten tegen elkaar te duwen, kleven de laagjes was aan elkaar en worden de twee planken als het ware één geheel. De tekst op de plankjes is niet langer te lezen. Dat zou symbolisch betekenen dat Juda en Israël als afzonderlijke koninkrijken ook niet meer zullen bestaan. (Bron van deze tweede mogelijkheid: G.A. van de Weerd, De Profeet Ezechiël, deel 2, pag. 356)