Add parallel Print Page Options

Andere regels

22 ‘Als u ziet dat een os of een schaap van iemand verdwaalt, doe dan niet alsof u het niet ziet, maar breng het dier terug naar zijn eigenaar. Als u niet weet wie de eigenaar is of hij woont ver weg, neem het dan mee naar uw eigen huis en houd het daar tot de eigenaar het dier komt zoeken en geef het hem dan terug. Hetzelfde geldt voor ezels, kleding of iets anders dat u vindt. Bewaar het voor de eigenaar en onttrek u niet aan uw verantwoordelijkheid. Als u iemand bezig ziet een os of een ezel overeind te krijgen, nadat het dier is gaan liggen, kijk dan niet de andere kant op. Ga erheen en help hem!

Een vrouw mag geen mannenkleren dragen en een man geen vrouwenkleren. Dat is iets afschuwelijks in de ogen van de Here, uw God.

Als u een vogelnest op de grond ziet liggen of u ziet er een in een boom en er zitten jonge vogels of eieren in, waar de moeder in het nest op zit, haal dan niet de moeder en haar jongen weg. Laat haar gaan en neem alleen de jongen. De Here zal u daarvoor zegenen.

Als u een nieuw huis bouwt, moet u een borstwering rond het platte dak maken om te voorkomen dat iemand eraf valt en u zo de schuld over uw huis brengt. Zaai geen andere gewassen tussen de planten in uw wijngaard. Als u dat wel doet, zullen de gewassen en de druiven door de priesters in beslag worden genomen. 10 Ploeg niet met een os en een ezel in hetzelfde tuig. 11 Draag geen kleren die van twee soorten stof zijn gemaakt, wol en linnen bijvoorbeeld. 12 U moet franjes maken aan de vier hoeken van de mantel die u draagt.

Regels rond het huwelijk

13,14 Als een man met een meisje trouwt en—na met haar te hebben geslapen—haar een slechte naam bezorgt door haar te beschuldigen van eerder seksueel contact met een man, door te zeggen: “Zij was geen maagd toen ik met haar trouwde,” 15 zullen haar ouders het bewijs van haar maagdelijkheid bij de stadsrechters brengen. 16 Haar vader zal tegen hen zeggen: “Ik gaf mijn dochter als vrouw aan deze man en omdat hij haar haat, brengt hij haar nu in opspraak. 17-19 Hij beschuldigt haar van schaamteloze dingen. Hij zegt dat zij geen maagd was toen zij met hem trouwde. Maar hier is het bewijs dat zij dat wel was.” Zij zullen het kleed dan voor de leiders van de stad uitspreiden. Daarop zullen de rechters de man laten geselen en hem veroordelen tot een boete van vijfhonderdvijftig gram zilver, die hij aan de vader van het meisje moet betalen omdat hij een maagd uit het volk van Israël vals heeft beschuldigd. Zij zal zijn vrouw blijven en hij mag nooit van haar scheiden. 20 Maar als de beschuldigingen van de man terecht waren en zij inderdaad geen maagd was, 21 moeten de mannen van de stad haar naar de deur van haar vaders huis brengen en haar daar stenigen. Zij is immers schuldig aan een schandelijke daad in Israël door in het huis van haar vader gemeenschap met een man te hebben gehad. Een dergelijk kwaad moet uit uw midden worden weggedaan.

22 Als een man wordt betrapt op overspel met een getrouwde vrouw, moeten hij en de vrouw worden gedood, op die manier zal het kwaad uit Israël worden weggedaan. 23,24 Als een verloofd meisje binnen de muren van een stad door een man wordt verleid en zij gaat met hem naar bed, moeten zij en de man die haar heeft verleid buiten de stadsmuren worden gestenigd, het meisje omdat zij niet om hulp heeft geschreeuwd en de man omdat hij zich vergrepen heeft aan de verloofde van een ander. Zo zult u het kwaad uit uw midden verwijderen. 25-27 Maar als die daad buiten op het land plaatsheeft, moet alleen de man sterven. Het meisje is even onschuldig als het slachtoffer van een moord. Want er moet worden aangenomen dat zij heeft geschreeuwd, maar dat er niemand was die haar daar kon horen en haar te hulp kon komen. 28 Als een man een meisje verkracht dat niet verloofd is en hij wordt op heterdaad betrapt, 29 dan moet hij de vader van het meisje tweehonderdvijfenzeventig gram zilver als smartengeld betalen en met haar trouwen, hij mag nooit van haar scheiden.

30 Een man mag niet trouwen met een vrouw die aan zijn vader heeft toebehoord, want dan schendt hij diens eer en recht.’

Various Laws of Morality

22 “You (A)shall not see your brother’s ox or his sheep going astray, and [a]hide yourself from them; you shall certainly bring them back to your brother. And if your brother is not near you, or if you do not know him, then you shall bring it to your own house, and it shall remain with you until your brother seeks it; then you shall restore it to him. You shall do the same with his donkey, and so shall you do with his garment; with any lost thing of your brother’s, which he has lost and you have found, you shall do likewise; you [b]must not hide yourself.

(B)“You shall not see your brother’s donkey or his ox fall down along the road, and hide yourself from them; you shall surely help him lift them up again.

“A woman shall not wear anything that pertains to a man, nor shall a man put on a woman’s garment, for all who do so are [c]an abomination to the Lord your God.

“If a bird’s nest happens to be before you along the way, in any tree or on the ground, with young ones or eggs, with the mother sitting on the young or on the eggs, (C)you shall not take the mother with the young; you shall surely let the mother go, and take the young for yourself, (D)that it may be well with you and that you may prolong your days.

“When you build a new house, then you shall make a parapet for your roof, that you may not bring guilt of bloodshed on your household if anyone falls from it.

(E)“You shall not sow your vineyard with different kinds of seed, lest the yield of the seed which you have sown and the fruit of your vineyard be defiled.

10 (F)“You shall not plow with an ox and a donkey together.

11 (G)“You shall not wear a garment of different sorts, such as wool and linen mixed together.

12 “You shall make (H)tassels on the four corners of the clothing with which you cover yourself.

Laws of Sexual Morality

13 “If any man takes a wife, and goes in to her, and (I)detests her, 14 and charges her with shameful conduct, and brings a bad name on her, and says, ‘I took this woman, and when I came to her I found she was not a virgin,’ 15 then the father and mother of the young woman shall take and bring out the evidence of the young woman’s virginity to the elders of the city at the gate. 16 And the young woman’s father shall say to the elders, ‘I gave my daughter to this man as wife, and he detests her. 17 Now he has charged her with shameful conduct, saying, “I found your daughter was not a virgin,” and yet these are the evidences of my daughter’s virginity.’ And they shall spread the cloth before the elders of the city. 18 Then the elders of that city shall take that man and punish him; 19 and they shall fine him one hundred shekels of silver and give them to the father of the young woman, because he has brought a bad name on a virgin of Israel. And she shall be his wife; he cannot divorce her all his days.

20 “But if the thing is true, and evidences of virginity are not found for the young woman, 21 then they shall bring out the young woman to the door of her father’s house, and the men of her city shall stone her to death with (J)stones, because she has (K)done a disgraceful thing in Israel, to play the harlot in her father’s house. (L)So you shall [d]put away the evil from among you.

22 (M)“If a man is found lying with a woman married to a husband, then both of them shall die—the man that lay with the woman, and the woman; so you shall put away the evil from Israel.

23 “If a young woman who is a virgin is (N)betrothed to a husband, and a man finds her in the city and lies with her, 24 then you shall bring them both out to the gate of that city, and you shall stone them to death with stones, the young woman because she did not cry out in the city, and the man because he (O)humbled his neighbor’s wife; (P)so you shall put away the evil from among you.

25 “But if a man finds a betrothed young woman in the countryside, and the man forces her and lies with her, then only the man who lay with her shall die. 26 But you shall do nothing to the young woman; there is in the young woman no sin deserving of death, for just as when a man rises against his neighbor and kills him, even so is this matter. 27 For he found her in the countryside, and the betrothed young woman cried out, but there was no one to save her.

28 (Q)“If a man finds a young woman who is a virgin, who is not betrothed, and he seizes her and lies with her, and they are found out, 29 then the man who lay with her shall give to the young woman’s father (R)fifty shekels of silver, and she shall be his wife (S)because he has humbled her; he shall not be permitted to divorce her all his days.

30 (T)“A man shall not take his father’s wife, nor (U)uncover his father’s bed.

Footnotes

  1. Deuteronomy 22:1 ignore them
  2. Deuteronomy 22:3 may not avoid responsibility
  3. Deuteronomy 22:5 detestable
  4. Deuteronomy 22:21 purge the evil person