Add parallel Print Page Options

Alleen door Gods Zoon krijg je eeuwig leven

Als je gelooft dat Jezus de Redder is, ben je een kind van God: je bent uit God geboren. En als je van God houdt uit Wie je geboren bent, houd je ook van de andere mensen die uit Hem geboren zijn. We weten dat we van Gods kinderen houden, als we van God houden en doen wat Hij ons zegt. Want je houdt alleen echt van God als je doet wat Hij zegt. En wat Hij van ons vraagt is niet te moeilijk. Want iedereen die uit God geboren is, overwint de dingen van de wereld. We overwinnen de dingen van de wereld door ons geloof. Alleen als je gelooft dat Jezus de Zoon van God is, kun je de dingen van de wereld overwinnen.

Wat God zegt over zijn Zoon

Jezus Christus, de Zoon van God, is door het water van zijn doop en het bloed van zijn dood gegaan. Hij ging niet alleen door het water, maar door het water én het bloed. Ook de Geest zegt dat. En de Geest is de waarheid en dus liegt Hij niet.

Er zijn drie getuigen in de hemel: de Vader, het Woord en de Heilige Geest. En deze drie zeggen allemaal hetzelfde. En er zijn ook drie getuigen op de aarde: de Geest, het water en het bloed. En deze drie zeggen allemaal hetzelfde. Als we geloven wat mensen zeggen die voor de rechtbank moeten getuigen, dan moeten we zéker geloven wat God zegt. Want wat Hij zegt heeft veel meer kracht. We moeten geloven wat Hij zegt over zijn Zoon. 10 Als je in de Zoon van God gelooft, geloof je wat God over Hem zegt. Als je God níet gelooft, zeg je daarmee dat Hij een leugenaar is. Want je hebt niet geloofd wat Hij over zijn Zoon heeft gezegd. 11 Wat heeft God dan gezegd? Dit: God heeft ons eeuwig leven gegeven door ons zijn Zoon te geven. Gods Zoon heeft het eeuwige leven. 12 Dus als je de Zoon hebt, heb je het eeuwige leven. Maar als je de Zoon van God níet hebt, heb je ook geen eeuwig leven.

13 Jullie geloven in de Zoon van God. Daarom schrijf ik jullie dit, zodat jullie zeker zullen weten dat jullie het eeuwige leven hebben. 14 We kunnen zonder vrees naar Hem toe gaan, vol vertrouwen dat Hij ons antwoordt als we Hem om iets bidden waar Hij het mee eens is. 15 En als we weten dat Hij al onze gebeden beantwoordt, weten we dat we krijgen waar we Hem om hebben gevraagd.

Slot

16 Als je ziet dat een broeder of zuster ongehoorzaam is aan God (in iets wat hem niet bij de dood[a] brengt), dan moet je voor die broeder of zuster bidden. Dan zal God hem redden en hem het leven geven. Maar dat kan alleen als hij iets verkeerds gedaan heeft wat hem niet bij de dood brengt.[b] Er bestaat namelijk ook ongehoorzaamheid aan God die je bij de dood brengt. Ik zeg niet dat je daarvoor óók moet bidden. 17 Alle slechte dingen die je doet, zijn ongehoorzaamheid aan God. Maar niet alle ongehoorzaamheid aan God brengt je bij de dood.

18 We weten dat iedereen die kind van God is, niet meer ongehoorzaam is op een manier die je bij de dood brengt. Want als je uit God bent geboren, zorg je ervoor dat je geen slechte dingen doet.[c]. Daardoor krijgt de duivel je niet in zijn macht. 19 We weten dat we uit God zijn geboren en dat de hele wereld in de macht van de duivel is. 20 Maar we weten óók dat de Zoon van God is gekomen. Hij heeft ons laten zien hoe we de ware God kunnen leren kennen. En door zijn Zoon Jezus Christus zijn we één met de ware God. Jezus is de ware God en het eeuwige leven.

21 Kinderen, let op dat jullie geen afgoden aanbidden.

Footnotes

  1. 1 Johannes 5:16 Deze 'dood' is niet de lichamelijke dood, want we sterven allemaal. Johannes bedoelt hiermee de 'geestelijke dood'. Dat betekent: niet bij God horen.
  2. 1 Johannes 5:16 Het is niet helemaal duidelijk wat hiermee wordt bedoeld. Het zou kunnen dat Johannes mensen bedoelt die niet langer in Jezus geloven. Want dat brengt je bij de dood. Lees ook Hebreeën 6:4-6.
  3. 1 Johannes 5:18 Ook kan: '...beschermt Hij die uit God is geboren je...'

Faith in God’s Son Who Became a Human Being

Everyone who believes that Jesus is the Christ is a child of God. And everyone who loves the Father loves his children as well. Here is how we know that we love God’s children. We know it when we love God and obey his commands. In fact, here is what it means to love God. We love him by obeying his commands. And his commands are not hard to obey. That’s because everyone who is a child of God has won the battle over the world. Our faith has won the battle for us. Who is it that has won the battle over the world? Only the person who believes that Jesus is the Son of God.

Jesus Christ was born as we are, and he died on the cross. He wasn’t just born as we are. He also died on the cross. The Holy Spirit is a truthful witness about him. That’s because the Spirit is the truth. There are three that are witnesses about Jesus. They are the Holy Spirit, the birth of Jesus, and the death of Jesus. And the three of them agree. We accept what people say when they are witnesses. But it’s more important when God is a witness. That’s because it is what God says about his Son. 10 Whoever believes in the Son of God accepts what God says about him. Whoever does not believe God is calling him a liar. That’s because they have not believed what God said about his Son. 11 Here is what God says about the Son. God has given us eternal life. And this life is found in his Son. 12 Whoever belongs to the Son has life. Whoever doesn’t belong to the Son of God doesn’t have life.

Final Words

13 I’m writing these things to you who believe in the name of the Son of God. I’m writing so you will know that you have eternal life. 14 Here is what we can be sure of when we come to God in prayer. If we ask anything in keeping with what he wants, he hears us. 15 If we know that God hears what we ask for, we know that we have it.

16 Suppose you see any brother or sister commit a sin. But this sin is not the kind that leads to death. Then you should pray, and God will give them life. I’m talking about someone whose sin does not lead to death. But there is a sin that does lead to death. I’m not saying you should pray about that sin. 17 Every wrong thing we do is sin. But there are sins that do not lead to death.

18 We know that those who are children of God do not keep on sinning. The Son of God keeps them safe. The evil one can’t harm them. 19 We know that we are children of God. We know that the whole world is under the control of the evil one. 20 We also know that the Son of God has come. He has given us understanding. So we can know the God who is true. And we belong to the true God by belonging to his Son, Jesus Christ. He is the true God and eternal life.

21 Dear children, keep away from statues of gods.