Add parallel Print Page Options

称颂耶和华之救死

30 大卫在献殿的时候,作这诗歌。

耶和华啊,我要尊崇你,因为你曾提拔我,不叫仇敌向我夸耀。
耶和华我的神啊,我曾呼求你,你医治了我。
耶和华啊,你曾把我的灵魂从阴间救上来,使我存活,不至于下坑。
耶和华的圣民哪,你们要歌颂他,称赞他可记念的圣名。
因为他的怒气不过是转眼之间,他的恩典乃是一生之久,一宿虽然有哭泣,早晨便必欢呼。
至于我,我凡事平顺,便说:“我永不动摇。”
耶和华啊,你曾施恩,叫我的江山稳固;你掩了面,我就惊惶。
耶和华啊,我曾求告你,我向耶和华恳求说:
“我被害流血,下到坑中,有什么益处呢?尘土岂能称赞你,传说你的诚实吗?
10 耶和华啊,求你应允我,怜恤我!耶和华啊,求你帮助我!”
11 你已将我的哀哭变为跳舞,将我的麻衣脱去,给我披上喜乐,
12 好叫我的灵[a]歌颂你,并不住声。耶和华我的神啊,我要称谢你,直到永远!

Footnotes

  1. 诗篇 30:12 原文作:荣耀。

Psalm 30

Een lied van David voor de dag dat het heiligdom van de Heer feestelijk in gebruik genomen wordt.[a]

Ik prijs U, Heer, want U heeft mij genezen.
U heeft ervoor gezorgd
dat mijn vijanden geen plezier over mij hebben.
Mijn Heer God, ik riep U om hulp
en U heeft mij gered.
U heeft me weggetrokken van de rand van de dood.
U heeft mijn leven bewaard,
zodat ik niet in het graf terecht kwam.

Zing liederen voor de Heer, vrienden van God,
en prijs zijn heilige naam.
Hij is wel eens boos, maar dat duurt nooit lang.
Maar zijn liefde duurt je hele leven.
Misschien huil je 's avonds nog,
maar de volgende dag kun je weer juichen.

Het ging zo goed met me, dat ik zorgeloos dacht:
"Mij kan niets gebeuren."
Heer, toen U vriendelijk voor mij was,
voelde ik me sterk: ik stond zo stevig als een berg.
Maar toen U boos op mij werd,
wist ik me geen raad meer.
Ik riep tot U, Heer,
ik smeekte U om medelijden:
10 "Wat heeft U er aan als ik sterf?
Wat heeft U er aan als ik in het graf lig?
Als ik stof geworden ben, kan dat stof U dan prijzen?
Kan mijn stof nog vertellen over uw trouw?
11 Hoor mij, Heer, heb medelijden met mij.
Heer, help me alstublieft."

12 U heeft me geholpen!
U heeft mijn verdriet veranderd in een vreugdedans.
Ik heb mijn rouwkleren weer uitgedaan,
omdat U me weer blij heeft gemaakt.
13 Ik zal liederen voor U zingen,
want ik kan niet meer zwijgen.
Mijn Heer God, ik zal U voor altijd prijzen.

Footnotes

  1. Psalmen 30:1 In Davids tijd was er nog geen tempel, maar alleen een tent voor de Heer. David had graag voor de Heer een tempel willen bouwen, maar God zei tegen Hem dat Hij wilde dat zijn zoon Salomo dat zou doen. David bereidde de bouw van de tempel wel voor: hij verzamelde geld en allerlei materialen en maakte bouwtekeningen. Waarschijnlijk heeft hij bij zijn voorbereidingen ook dit lied geschreven.