Add parallel Print Page Options

Божият дом и Божият народ

И тъй, оставете всяка злоба, всяко коварство, лицемерие, завист и всяко злословие. Като новородени деца бъдете винаги жадни за чисто духовно мляко, за да пораснете с него за спасение, (A)защото вкусихте колко благ е Господ. Пристъпете към Него, живия камък, отхвърлен от хората, но избран като скъпоценен от Бога, (B)и сами, като живи камъни, съграждайте от себе си духовен дом, за да принесете като свято свещенство духовни жертви, угодни на Бога чрез Иисус Христос. (C)Затова в Писанието е казано: „Ето полагам в Сион крайъгълен камък, избран и скъпоценен. И който вярва в него, няма да се посрами.“

(D)И така, за вас, вярващите, Той е скъпоценен, а за невярващите – „камък, който отхвърлиха зидарите, той стана глава на ъгъла“ и е „камък за препъване и камък за съблазън“. (E)А се препъват онези, които се противят на словото; те за това са и отредени. (F)Но вие сте избран род, царско свещенство, свят народ; народ, който Бог придоби, за да възвестите величието на Онзи, Който ви е призовал от тъмнината в чудната Своя светлина. 10 (G)Вие, които някога не бяхте народ, сега сте Божий народ; които не познавахте Божията милост, сега бяхте помилвани.

Задълженията към властниците

11 (H)Възлюбени, моля ви като преселници и чужденци да отбягвате плътските желания, които воюват против душата. 12 (I)Поведението ви сред езичниците нека бъде добро, та когато ви оклеветяват като злосторници, щом видят добрите ви дела, да прославят Бога в деня на Неговото идване.

13 (J)И тъй, подчинявайте се, заради Господа, на всеки установен от хората порядък: било на цар като на върховна власт, 14 било на управници като на изпращани от него за наказание на злосторници и за похвала на добротворци. 15 Защото такава е Божията воля – с добри дела да накарате невежеството на безразсъдните хора да замлъкне. 16 (K)Живейте като свободни хора, но не като използвате свободата за прикритие на злото, а като Божии слуги. 17 (L)Почитайте всеки, обичайте братята по вяра, бойте се от Бога, почитайте царя!

Примерът на Христовото страдание

18 (M)Слуги, покорявайте се с много страхопочитание към господарите си – не само на добрите и снизходителните, но и на грубите. 19 Защото това има стойност – ако някой от знание за Божията воля понася скърби, като страда несправедливо. 20 Иначе каква похвала, ако търпите, когато ви бият заради престъпления? Но ако правите добро и страдате, тогава търпението ви[a] е заслуга пред Бога.

21 Вие за това сте и призовани, защото и Христос пострада за вас, като ви[b] остави пример, за да вървите по стъпките Му. 22 (N)Той не стори грях, нито устата Му изрече лъжа. 23 (O)Когато Го хулеха, Той не отвръщаше с хули; когато страдаше, не заплашваше, а поверяваше това на Праведния Съдия. 24 (P)Той Сам възнесе с тялото Си нашите грехове на кръстното дърво, за да бъдем мъртви за греховете и да живеем за правдата – чрез Неговата рана се изцелихте. 25 (Q)Защото бяхте като заблудени овце, но сега се завърнахте при Пастиря и Пазителя на вашите души.

Footnotes

  1. 2:20 В някои ръкописи: „ни“.
  2. 2:21 В някои ръкописи: „ни“.

De bouwstenen van Gods huis

Doe dus alles weg wat slecht is: alle bedrog, jaloersheid en kwaadsprekerij. Verlang naar het zuivere woord van Gods waarheid, net zoals pasgeboren baby's verlangen naar pure, onverdunde melk. Want daardoor zullen jullie opgroeien. Door Gods woord zullen jullie proeven hoe goed en vriendelijk de Heer is. En ga naar Jezus toe. Hij is de levende bouwsteen waarmee God zijn huis wilde bouwen. De mensen hebben Hem wel afgekeurd, maar God heeft Hem uitgekozen. Hij vindt Hem kostbaar. En jullie moeten je ook zelf laten gebruiken als levende stenen waarmee een geestelijk huis wordt gebouwd. Zo zijn jullie samen een heilig volk van priesters, een volk dat geestelijke offers brengt waar God blij mee is dankzij Jezus Christus. Want er staat in de Boeken: "Kijk, Ik leg in Jeruzalem een kostbare bouwsteen (= Jezus) neer, die Ik heb uitgekozen. Die steen wordt de belangrijkste bouwsteen van mijn huis. Iedereen die op Hem vertrouwt, zal nooit in Hem teleurgesteld worden." Voor jullie is die Steen kostbaar, want jullie vertrouwen op Hem. Maar voor de ongehoorzame mensen zijn de volgende woorden: "De bouwsteen die de bouwers niet goed genoeg vonden, is de belangrijkste steen van het gebouw geworden. Maar voor hen is hij een steen waaraan ze zich stoten, een rotsblok waarover ze vallen." Ze stoten zich eraan, omdat ze Gods woord niet gehoorzamen en niet geloven. Dat kan ook niet anders, want zo heeft God dat gewild. Maar jullie zijn door God uitgekozen. Jullie zijn een uitgekozen volk, een koninkrijk van priesters, een volk dat bij God hoort en dat zijn eigendom is.[a] Jullie zijn uitgekozen om de mensen te vertellen van de geweldige dingen die God heeft gedaan. Hij heeft jullie uit het donker geroepen om in zijn heerlijke licht te komen leven. 10 Vroeger waren jullie zijn volk niet, maar nu zijn jullie Gods volk. Eerst was er geen vergeving voor jullie ongehoorzaamheid, maar nu heeft God jullie al je ongehoorzaamheid vergeven.

Wees een voorbeeld voor de ongelovigen

11 Lieve broeders en zusters, de verlangens van jullie oude 'ik' zijn gevaarlijk voor jullie. Daarom zeg ik jullie dat je er niet naar moet luisteren. Want jullie zijn vreemdelingen op aarde. Jullie moeten dus niet dezelfde dingen doen als de ongelovige mensen. 12 Maar gedraag je goed tussen de mensen die niet in Jezus geloven. Zij zullen jullie wel beschuldigen van allerlei dingen die helemaal niet waar zijn. Maar als ze letten op de goede dingen die jullie doen, zullen ze God prijzen als Hij op een dag naar hen toe komt.

13 Wees gehoorzaam aan alle mensen die regeren, omdat de Heer dat wil. Wees dus gehoorzaam aan de Romeinse keizer als hoogste heerser. 14 Maar wees ook gehoorzaam aan de andere bestuurders. Zij zijn door de keizer aangewezen om slechte mensen te straffen en om mensen die goed leven, te prijzen. 15 Want als jullie gehoorzaam zijn, zullen de onverstandige mensen die niets van het goede nieuws weten, jullie nergens van kunnen beschuldigen. En dat is wat God wil. 16 Leef als vrije mensen, maar misbruik die vrijheid niet om te doen wat jullie maar willen, en om slechte dingen te doen. Gebruik die vrijheid om God te dienen. 17 Heb respect voor iedereen. Houd van je broeders en zusters.[b] Heb ontzag voor God en respect voor de Romeinse keizer.

18 Slaven,[c] heb respect voor jullie meesters en gehoorzaam hen. En niet alleen goede en vriendelijke meesters, maar ook slechte meesters. 19 Het is een eer als je moet lijden omdat je God gehoorzaam bent. 20 Maar als je moet lijden omdat je iets slechts hebt gedaan, zal niemand je prijzen. Maar als je goed doet, en dan tóch straf krijgt, is God trots op jullie. 21 Want nu God jullie heeft geroepen, zullen jullie ook moeten lijden. Dat hoort erbij. Want ook Christus heeft voor ons geleden terwijl Hij niets slechts had gedaan. Zo is Hij een voorbeeld voor ons. En Hij wil dat we zijn voorbeeld volgen. 22 Hij is God nooit ongehoorzaam geweest en heeft nooit gelogen. 23 Als Hij werd uitgescholden, schold Hij niet terug. En als de mensen Hem slecht behandelden, bedreigde Hij hen niet. Maar Hij vertrouwde er op dat God rechtvaardig over hen zal rechtspreken.

24 Toen Hij aan het kruis werd gespijkerd, droeg Hij ónze ongehoorzaamheid in Zich mee aan het kruis. Onze ongehoorzaamheid werd daar gekruisigd. Daardoor zijn we nu dood voor het kwaad. Nu kunnen we leven zoals God het wil. En door de wonden die de zweepslagen in zijn lichaam hebben gemaakt, hebben jullie genezing gekregen. 25 Vroeger waren jullie als verdwaalde schapen. Maar nu volgen jullie de Heer die jullie als een Herder wil leiden.

Footnotes

  1. 1 Petrus 2:9 De priesters uit het Oude Testament waren Gods 'eigendom'. Lees Numeri 3:40-45 en Numeri 8:15-19. Ze dienden God en leefden van het vlees en brood dat als offers naar de tempel werd gebracht.
  2. 1 Petrus 2:17 In 1 Korintiërs 13 is te lezen wat voor soort liefde Petrus bedoelt.
  3. 1 Petrus 2:18 In Paulus' tijd waren de slaven mensen van volken die door de Romeinen of de Grieken overwonnen waren. Over het algemeen werden ze goed behandeld. Veel van hen hadden een hoge positie. Ze verdienden geld en konden zich daarmee op den duur vrijkopen. Het grote verschil met een vrij mens was, dat ze niet weg mochten. Hun tijd en arbeid waren van hun meester. De 19e eeuwse slavernij was heel anders. Die slaven werden niet behandeld als mensen, omdat ze een andere huidskleur hadden. Ze werden mishandeld, kregen geen loon en konden zich nooit vrijkopen. Ze waren tot hun dood met lichaam, tijd en arbeid van hun meester. Dit is niet het soort slavernij waar Paulus het over heeft. Die slavernij waarin mensen zwaar mishandeld werden, is juist afgeschaft dankzij de inzet van gelovige mensen.

Our Inheritance Through Christ’s Blood

Therefore, (A)laying aside all malice, all deceit, hypocrisy, envy, and all evil speaking, (B)as newborn babes, desire the pure (C)milk of the word, that you may grow [a]thereby, if indeed you have (D)tasted that the Lord is gracious.

The Chosen Stone and His Chosen People(E)

Coming to Him as to a living stone, (F)rejected indeed by men, but chosen by God and precious, you also, as living stones, are being built up a spiritual house, a holy priesthood, to offer up spiritual sacrifices acceptable to God through Jesus Christ. Therefore it is also contained in the Scripture,

(G)“Behold, I lay in Zion
A chief cornerstone, elect, precious,
And he who believes on Him will by no means be put to shame.”

Therefore, to you who believe, He is precious; but to those who [b]are disobedient,

(H)“The stone which the builders rejected
Has become the chief cornerstone,”

and

(I)“A stone of stumbling
And a rock of offense.”

(J)They stumble, being disobedient to the word, (K)to which they also were appointed.

But you are a chosen generation, a royal priesthood, a holy nation, His own special people, that you may proclaim the praises of Him who called you out of (L)darkness into His marvelous light; 10 (M)who once were not a people but are now the people of God, who had not obtained mercy but now have obtained mercy.

Living Before the World

11 Beloved, I beg you as sojourners and pilgrims, abstain from fleshly lusts (N)which war against the soul, 12 (O)having your conduct honorable among the Gentiles, that when they speak against you as evildoers, (P)they may, by your good works which they observe, glorify God in the day of visitation.

Submission to Government(Q)

13 (R)Therefore submit yourselves to every [c]ordinance of man for the Lord’s sake, whether to the king as supreme, 14 or to governors, as to those who are sent by him for the punishment of evildoers and for the praise of those who do good. 15 For this is the will of God, that by doing good you may put to silence the ignorance of foolish men— 16 (S)as free, yet not (T)using liberty as a cloak for [d]vice, but as bondservants of God. 17 Honor all people. Love the brotherhood. Fear (U)God. Honor the king.

Submission to Masters(V)

18 (W)Servants, be submissive to your masters with all fear, not only to the good and gentle, but also to the harsh. 19 For this is (X)commendable, if because of conscience toward God one endures grief, suffering wrongfully. 20 For (Y)what credit is it if, when you are beaten for your faults, you take it patiently? But when you do good and suffer, if you take it patiently, this is commendable before God. 21 For (Z)to this you were called, because Christ also suffered for [e]us, (AA)leaving [f]us an example, that you should follow His steps:

22 “Who(AB) committed no sin,
Nor was deceit found in His mouth”;

23 (AC)who, when He was reviled, did not revile in return; when He suffered, He did not threaten, but (AD)committed Himself to Him who judges righteously; 24 (AE)who Himself bore our sins in His own body on the tree, (AF)that we, having died to sins, might live for righteousness—(AG)by whose [g]stripes you were healed. 25 For (AH)you were like sheep going astray, but have now returned (AI)to the Shepherd and [h]Overseer of your souls.

Footnotes

  1. 1 Peter 2:2 NU adds up to salvation
  2. 1 Peter 2:7 NU disbelieve
  3. 1 Peter 2:13 institution
  4. 1 Peter 2:16 wickedness
  5. 1 Peter 2:21 NU you
  6. 1 Peter 2:21 NU, M you
  7. 1 Peter 2:24 wounds
  8. 1 Peter 2:25 Gr. Episkopos