Add parallel Print Page Options

De wet voor ontrouwe vrouwen

1,2 Dit zijn de verdere opdrachten die de Here Mozes gaf: ‘Geef de Israëlieten opdracht dat zij alle melaatsen, allen die een open wond hebben en allen die onrein zijn doordat zij een dode hebben aangeraakt, uit het kamp moeten wegsturen. Dit geldt zowel voor mannen als voor vrouwen. Verwijder hen, zodat zij het kamp waarin Ik tussen u woon, niet verontreinigen.’

Read full chapter

Mensen die niet rein zijn, moeten het tentenkamp uit

De Heer zei tegen Mozes: "Zeg tegen de Israëlieten dat ze alle mensen met een besmettelijke huidziekte[a] uit het tentenkamp moeten wegsturen. Ook alle mensen die bloed verliezen en alle mensen die onrein zijn doordat ze een dode hebben aangeraakt. Al die mannen en vrouwen moeten jullie het tentenkamp uit sturen, zodat het tentenkamp niet onrein wordt door hen. Want Ik woon bij jullie."

Read full chapter

Footnotes

  1. Numeri 5:2 In die tijd heette dat melaatsheid. Tegenwoordig heet het lepra.

The Purity of the Camp

The Lord said to Moses, “Command the Israelites to send away from the camp anyone who has a defiling skin disease[a](A) or a discharge(B) of any kind, or who is ceremonially unclean(C) because of a dead body.(D) Send away male and female alike; send them outside the camp so they will not defile their camp, where I dwell among them.(E)

Read full chapter

Footnotes

  1. Numbers 5:2 The Hebrew word for defiling skin disease, traditionally translated “leprosy,” was used for various diseases affecting the skin.

And the Lord spake unto Moses, saying,

Command the children of Israel, that they put out of the camp every leper, and every one that hath an issue, and whosoever is defiled by the dead:

Both male and female shall ye put out, without the camp shall ye put them; that they defile not their camps, in the midst whereof I dwell.

Read full chapter