主對約書亞的吩咐

耶和華的僕人摩西死了以後,耶和華對摩西的助手——嫩的兒子約書亞說: 「我的僕人摩西已經死了,現在你和全體以色列人要準備渡過約旦河,到我要賜給你們的地方去。 我已把你們腳掌將踏之地都賜給了你們,正如我對摩西的應許。 從南部的曠野直到北部的黎巴嫩,從東部的幼發拉底大河直到西部的地中海,包括赫人居住的全境,都將是你們的領土。 在你有生之年,沒有人能夠抵擋你。過去我怎樣與摩西同在,也必照樣與你同在,我必不離開你,也不丟棄你。 你要剛強勇敢,因為你要帶領這些人佔領我起誓賜給他們祖先的土地。 你只要剛強勇敢,謹遵我僕人摩西所吩咐你的一切律法,毫不偏離,就可以無往不利。 你要常常誦讀這律法書,晝夜不斷地思想,以便謹遵律法書上的一切指示。這樣,你必亨通、順利。 我再次吩咐你,要剛強勇敢!不要害怕,也不要灰心,因為你無論走到哪裡,你的上帝耶和華必與你同在。」

10 於是,約書亞吩咐民眾的首領說: 11 「你們要走遍全營,吩咐大家預備好食物。因為三天之內,你們就要過約旦河,去佔領你們的上帝耶和華賜給你們的土地。」

12 約書亞又對呂便支派、迦得支派和瑪拿西半個支派的人說: 13 「你們要牢記耶和華的僕人摩西吩咐你們的話,他說你們的上帝耶和華要把約旦河東面的土地賜給你們,讓你們安居。 14 你們的妻子兒女和牲畜可以留在約旦河東岸摩西分給你們的土地上,但你們當中所有的勇士要帶著兵器先過約旦河,幫助你們的弟兄。 15 要等到你們的上帝耶和華使你們的弟兄像你們一樣得到祂所賜的土地,安居以後,你們才可以回到約旦河東,在耶和華的僕人摩西分給你們的土地上定居。」 16 他們回答約書亞說:「凡你命令我們的,我們一定遵行。無論你派我們去哪裡,我們一定去。 17 我們在一切的事上怎樣服從摩西,也必照樣服從你,願你的上帝耶和華與你同在,像與摩西同在一樣。 18 任何人違抗你的命令,不照你的吩咐去做,都要被處死。你要剛強勇敢!」

耶和華勉勵約書亞

耶和華的僕人摩西死了以後,耶和華吩咐摩西的侍從,嫩的兒子約書亞,說: “我的僕人摩西死了;現在你要起來,和全體人民過這約旦河,到我現在要賜給他們以色列人的地去。 你們腳掌踏過的每一處地方,我都照著我應許摩西的賜給你們了。 從曠野和這黎巴嫩,直到大河,就是幼發拉底河,赫人的全地,以至大海日落的地方,就是你們的疆界。 你一生的日子必沒有一人能在你面前立得住;我怎樣與摩西同在,也必照樣與你同在;我決不離開你,也不離棄你。 你要堅強勇敢,因為你必使這人民得著我曾經向他們列祖起誓,要賜給他們的那地作產業。 你只要堅強,十分勇敢,謹守遵行我僕人摩西吩咐你的一切律法,不可偏離左右,好使你無論到哪裡去,都可以亨通。 這律法書不可離開你的口,要晝夜默誦,好使你謹守遵行書中所記的一切;這樣,你的道路就必順利,你必一路亨通。 我不是吩咐過你要堅強勇敢嗎?所以,你不要懼怕,也不要驚慌;因為你無論到哪裡去,耶和華你的 神必與你同在。”

約書亞首次向民眾下令

10 於是約書亞吩咐人民的官長說: 11 “你們要走遍營中,吩咐人民說:‘你們要預備糧食,因為三天之內,你們要過這約旦河,進去得耶和華你們的 神要賜給你們作產業的地。’”

12 約書亞又對流本人、迦得人和瑪拿西半個支派的人說: 13 “你們要記住耶和華的僕人摩西吩咐你們的話:‘耶和華你們的 神賜你們安息,他必把這地賜給你們。’ 14 你們的妻子、孩子和牲畜,都可以留在約旦河東邊、摩西賜給你們的地上;但你們所有英勇的戰士,都要拿起武器,在你們的兄弟前面過河去,幫助他們; 15 等到耶和華使你們的兄弟可以和你們一樣安居,同樣得著耶和華你們的 神要賜給他們作產業的地,你們才可以回到你們所得的地,以它作你們的產業,就是耶和華的僕人摩西在約旦河東邊日出之地賜給你們的地方。” 16 他們回答約書亞,說:“你吩咐我們的一切,我們都必遵行;無論你差派我們到哪裡去,我們都一定去。 17 我們從前怎樣凡事聽從摩西,現在也必照樣聽從你;唯願耶和華你的 神與你同在,像與摩西同在一樣。 18 無論誰違背你的話,不聽從你吩咐他的一切命令,那人必要處死。你只管堅強勇敢。”

Gods opdracht aan Jozua

Na de dood van zijn dienaar Mozes sprak de Here tot Jozua, de zoon van Nun, die de rechterhand van Mozes was geweest. Hij zei tegen hem: ‘Nu mijn dienaar Mozes is gestorven, bent u de nieuwe leider van Israël. Leid mijn volk over de Jordaan het beloofde land binnen. Wat Ik tegen Mozes heb gezegd, zeg Ik ook tegen u: “Elk stuk grond dat u betreedt, zal deel gaan uitmaken van het land Israël. Dit gebied zal zich uitstrekken van de Negev-woestijn in het zuiden tot het gebergte van de Libanon in het noorden en van de Middellandse Zee in het westen tot aan de rivier de Eufraat in het oosten. Ook het land van de Hethieten valt daaronder.” Niemand zal u kunnen tegenhouden zolang u leeft, want Ik zal u helpen, zoals Ik Mozes heb geholpen. Ik laat u nooit in de steek, Ik zal altijd bij u blijven. Wees sterk en moedig, want u zult de leider van mijn volk zijn en u zult het helpen al het land te veroveren dat Ik aan zijn voorouders beloofde. U hoeft alleen sterk en moedig te zijn en heel de wet die Mozes u gaf, letterlijk te gehoorzamen. Als u dat doet, zal alles wat u onderneemt, gelukken. Houd het volk deze wetten steeds voor en denk er zelf dag en nacht over na, zodat u zeker weet dat u ze volledig naleeft. Want alleen dan zult u slagen. Ja, wees moedig en sterk! Ban angst en twijfel uit uw hart. Onthoud dat de Here, uw God, u overal zal helpen.’

10,11 Toen gaf Jozua de leiders van Israël opdracht het volk te zeggen dat het zich moest klaarmaken voor de overtocht over de Jordaan. ‘Binnen drie dagen zullen wij oversteken en het land dat God ons heeft gegeven, veroveren en er gaan wonen!’ vertelde hij hun. 12,13 Toen riep hij de leiders van de stammen Ruben, Gad en Manasse bij zich en herinnerde hen aan de opdracht die Mozes had gegeven: ‘De Here, uw God, geeft u rust in uw eigen land aan deze zijde van de Jordaan. 14 Daarom mogen uw vrouwen, kinderen en het vee hier blijven, maar uw troepen moeten volledig bewapend de andere stammen over de Jordaan leiden en hen helpen het land aan de overzijde van de rivier te veroveren, 15 blijf bij hen tot de verovering is voltooid en uw broeders zich ook in alle rust kunnen vestigen. Pas dan mag u zich hier aan de oostzijde van de Jordaan vestigen.’ 16 Zij stemden daarmee in en beloofden Jozua als hun legeraanvoerder te gehoorzamen. 17,18 ‘Net zoals wij Mozes hebben gehoorzaamd, zullen wij u gehoorzamen,’ verzekerden zij hem, ‘en moge de Here, uw God, u net zo helpen als Hij Mozes deed. Als ook maar iemand tegen uw bevelen in opstand komt, zal hij sterven. Ga ons voor en wees sterk en moedig!’