Add parallel Print Page Options

33 Want Johannes de Doper leefde uiterst sober. Hij at geen brood en dronk geen druppel wijn. En u zei: “Hij heeft een boze geest.” 34 Ik, de Mensenzoon, eet en drink heel gewoon en u zegt: “Die Jezus is een veelvraat en een drinker! Mooie vrienden heeft Hij: tollenaars en slechte mensen!” 35 Maar de praktijk zal wel uitwijzen wat wijsheid is.’

Read full chapter

33 Ik bedoel dit: Johannes is gekomen, en hij at geen brood en dronk geen wijn. Van hem zeiden jullie: 'Er zit een duivelse geest in hem.' 34 Toen kwam de Mensenzoon, die wél eet en wél wijn drinkt. Van Hem zeggen jullie: 'Hij zit maar te vreten en te zuipen. En Hij is bevriend met belasting-ontvangers en andere slechte mensen!' 35 Het is ook nooit goed.

Maar alleen verstandige mensen hebben Gods wijsheid herkend."

Read full chapter