Add parallel Print Page Options

11 Daar gaat de bevolking van Safir, als slaaf wordt zij weggeleid, naakt en vol schaamte. De bevolking van Saänan waagt zich niet buiten de stadsmuren. Met kreten van wanhoop moeten de verdedigers van Bet-Haëzel hun woonplaats opgeven. 12 De burgers van Maroth hopen tevergeefs op betere dagen, maar hun staat alleen bitterheid te wachten, want de Here staat met onheil klaar voor de poorten van Jeruzalem. 13 Vlug, bevolking van Lachis! Span uw paarden in en vlucht. Want u was de eerste stad in Juda die Israëls slechte voorbeeld volgde door ook afgoden te aanbidden. En in navolging van u begonnen de andere steden in het zuiden ook zo te zondigen.

Read full chapter