Add parallel Print Page Options

De duivel is de grote tegenstander

Op grond van de verantwoordelijkheid die ik ook als leider heb, doe ik een beroep op de andere leiders. Ik heb Christus aan het kruis zien sterven en als Hij terugkomt, zal ik deelhebben aan zijn heerlijkheid. Wat ik u dringend wil vragen, is dit: wees goede herders voor de kudde van God. Doe dat niet omdat het nu eenmaal moet, maar omdat u graag wilt doen wat God van u vraagt. Doe het ook niet om er beter van te worden, maar omdat u daartoe bereid bent. Probeer niet de baas te spelen over mensen die u zijn toevertrouwd, maar wees een voorbeeld voor hen. Dan zal de Opperherder u voor altijd laten delen in zijn heerlijkheid en eer.

Jonge mensen, doe wat de leiders zeggen. U moet in de omgang met elkaar nederig zijn, want God keert Zich tegen de hoogmoedigen, maar Hij is genadig voor wie nederig is. Als u zich buigt onder de sterke hand van God, zal Hij u oprichten als Hij vindt dat de tijd daarvoor gekomen is. Geef al uw zorgen en problemen over aan God, want Hij houdt van u en zorgt voor u. Maar ondanks dat moet u de situatie goed inzien en op uw hoede zijn voor de grote tegenstander, de duivel. Hij gaat rond als een brullende leeuw, op zoek naar een prooi om te verslinden. Sla zijn aanvallen af door vast op de Here te vertrouwen. Het is een hele troost te weten dat de christenen over de hele wereld hetzelfde moeten doormaken.

10 Onze God is een en al ontferming. Hij heeft u allen geroepen om deel te hebben aan dezelfde eeuwige heerlijkheid als Christus. Nadat het een korte tijd heel moeilijk is geweest, zal Hij u persoonlijk overeind helpen op de plaats waar u hoort te staan. Hij zal u zó sterk maken dat u nooit meer hoeft te wankelen. 11 Voor Hem is alle macht, voor altijd en eeuwig. Amen!

12 Silvanus, die voor zover ik weet een trouw christen is, heeft deze korte brief voor mij geschreven. Ik heb u ermee willen bemoedigen, zodat u nooit zult twijfelen aan de ware genade van God, zoals ik die hierboven heb beschreven. Blijf daar dus bij. 13 De gemeente in Babylon en mijn zoon Marcus groeten u. 14 Groet elkaar met de kus van broederlijke liefde. Ik wens alle mensen die Christus toebehoren, vrede toe.

To the Elders and the Flock

To the elders among you, I appeal as a fellow elder(A) and a witness(B) of Christ’s sufferings who also will share in the glory to be revealed:(C) Be shepherds of God’s flock(D) that is under your care, watching over them—not because you must, but because you are willing, as God wants you to be;(E) not pursuing dishonest gain,(F) but eager to serve; not lording it over(G) those entrusted to you, but being examples(H) to the flock. And when the Chief Shepherd(I) appears, you will receive the crown of glory(J) that will never fade away.(K)

In the same way, you who are younger, submit yourselves(L) to your elders. All of you, clothe yourselves with humility(M) toward one another, because,

“God opposes the proud
    but shows favor to the humble.”[a](N)

Humble yourselves, therefore, under God’s mighty hand, that he may lift you up in due time.(O) Cast all your anxiety on him(P) because he cares for you.(Q)

Be alert and of sober mind.(R) Your enemy the devil prowls around(S) like a roaring lion(T) looking for someone to devour. Resist him,(U) standing firm in the faith,(V) because you know that the family of believers throughout the world is undergoing the same kind of sufferings.(W)

10 And the God of all grace, who called you(X) to his eternal glory(Y) in Christ, after you have suffered a little while,(Z) will himself restore you and make you strong,(AA) firm and steadfast. 11 To him be the power for ever and ever. Amen.(AB)

Final Greetings

12 With the help of Silas,[b](AC) whom I regard as a faithful brother, I have written to you briefly,(AD) encouraging you and testifying that this is the true grace of God. Stand fast in it.(AE)

13 She who is in Babylon, chosen together with you, sends you her greetings, and so does my son Mark.(AF) 14 Greet one another with a kiss of love.(AG)

Peace(AH) to all of you who are in Christ.

Footnotes

  1. 1 Peter 5:5 Prov. 3:34
  2. 1 Peter 5:12 Greek Silvanus, a variant of Silas